<Resultaat 1294 van 1419

>

Beste Manuël!
Uw brief herinnert er mij aan, dat ik ook zoo 'n uitnoodiging heb ontvangen van die Russische uffra,[1] die niet anders is dan de dekmantel van Rudolf Neter en Co., die hem (of haar?) als lokaas gebruiken om ons aan te sporen, den vereenigingsgeest in ons wakker te schudden (De beeldspraak ontleen ik aan Paul Fredericq). Ik was het waarlijk vergeten, dat ik Zondag om half elf Duitsch bier moest gaan drinken in de Bergstraat, nummer vier. Ik sla dan ook mijn borst met een kassei, gelijk den H[eilige] Hieronymus (een "père du désert", gelijk ik),[*] want ik beschuldig mij op mijn nuchtere maag van nalatigheid. Zoo 'n vereeniging, gelijk zij er thans eene definitief willen stichten, vervult eene leemte, en is er dus broodnoodig, gelijk ze zouden zeggen in 't Willems-fonds. Serieus gesproken, hadden wij den schijn niet gehad, gesyndikeerd te zijn gelijk vulgaire électriciens, dan zouden, tijdens de expositie, al onze rechten onder de voeten getrapt zijn geworden. Daarom, journalisten uit alle landen, vereenigt u! Eén voor allen, allen voor éen! En gij, Hollandsche broeders, gíj vooral, kaaskoppen, laat u den kaas van uw brood niet nemen. Allen óp, vage schim van Teirlinck, astraal lichaam van Vermeersch ("Telegraaf"),[2] en niet het minst gij, o bibliothecaris van de N[ieuwe Rotterdamsche Courant] te Antwerpen, die immers de deken der Hollandsche pers in België zijt!...
— Ziedaar, koel opgesomd, de objectieve redenen die ik kan laten gelden om U aan te sporen, o Manuël, Zondag a[an]s[taande] de reis naar Brussel te aanvaarden. Nora hoeft gij er niet voor te Calmpthout te laten (gegroet, o Nora!), vermits ik van Minister de Brocqueville verkregen heb, dat voortaan de dames uit Calmpthout ook plaats mogen nemen in den bloktrein,[*] en onze disch, gode zij dank, groot genoeg is, om er haar plaats aan te verleenen, evenals aan haren gemaal...
Et nunc: beslis. En zoo wij 't genoegen mogen smaken, u Zondag ten onzent te krijgen, laat het dan, bid ik u beiden, met een woordeken weten.
Of wij U zaluweeren!!!
Karel

Annotations

[1] De Russische 'uffra' (juffrouw) is Z. Kotchetkova (zie brief 321). Van de Woestijne raadt De Bom in deze brief aan om naar de vergadering te gaan, maar uiteindelijk zullen ze alle twee afwezig blijven (zie brief 323).
[*] 'Père du désert': kluizenaar, broeder die zich in de woestijn terugtrekt om te bezinnen. Hieronymus van Stridon, die de absolute zuiverheid nastreefde, bracht enkele jaren in de woestijn van Chalkis in Syrië door om er te vasten, te bezinnen en zichzelf te kastijden. Er bestaan schilderijen en tekeningen van hem waarop hij is afgebeeld met een steen die hij tegen zijn eigen borst slaat.
[2] 'Astraal lichaam', zie brief 80, noot 8. Wie Van de Woestijne precies bedoelt, is niet zeker.
[*] 'Bloktrein': zie brief 277, noot 1.

Register

Naam - persoon

Bom-Aulit, Eleonora (Nora) de (° 1879 - ✝ 1955)

Na een kortstondige relatie met Lode Ontrop huwde ze op 24 augustus 1901 met Emmanuel de Bom. Door haar permanent wankele gezondheid en de hoge mate waarin ze beïnvloed was door de (waan-)ideeën van 'waterdokter' Alwyn van Son, bleef het huwelijk echter 'in alle betekenissen van het woord onvruchtbaar'.

Fredericq, Paul (° 1850 - ✝ 1920)

Hoogleraar Nederlandse literatuur en nationale geschiedenis aan de Gentse universiteit. Hij staat bekend als de 'officiële ideoloog' van het liberale flamingantisme. In 1876 bekeerde hij zich tot het protestantisme. In 1883 werd hij hoofdredacteur van Het Volksbelang, en tussen 1887 en 1920 was hij voorzitter van de Gentse afdeling van het Willemsfonds. In die hoedanigheid richtte hij vijf volksbibliotheken op. Hij was familie van Cyriel Buysse en de gezusters Loveling.

Hieronymus (Eusebius Sophronius) van Stridon (° 0347 - ✝ 0420)

Kerkvader, geleerde en theoloog. Hij is bekend gebleven door zijn bijbelvertaling, de Vulgaat, die door de Rooms-katholieke kerk officieel is aanvaard. Op het einde van zijn leven stichtte hij enkele kloosters. Hij werd de patroonheilige van de bibliothecarissen.

Kotchetkova, Z.

Secretaresse van de Association de la Presse Etrangère in Brussel.

Neter, Rudolf

Journalist die voornamelijk over kunst en cultuur schreef.

Teirlinck, Herman (° 1879 - ✝ 1967)

Auteur van romans, poëzie en theater. Heeft zowel aan Van Nu en Straks, Vlaanderen als aan het Nieuw Vlaams Tijdschrift meegewerkt, waardoor hij als het ware een halve eeuw de literatuur en de geest van de Van Nu en Straks'ers heeft voortgezet. Samen met Van de Woestijne publiceerde hij in 1928 de brievenroman De leemen torens.

Vermeersch, Gustaaf (° 1877 - ✝ 1924)

Vlaamse schrijver die eerst een decennium als spoorwachter werkte en in 1913 medewerker van de bibliotheek van het Ministerie van Spoorwegen werd. In 1904 verscheen zijn bekendste werk, de naturalistische roman De last.

Titel - krant/tijdschrift