De militaire loting als recruteringsprocédé is in onze wetgeving pas in 1909 definitief geschrapt, ondanks de militiewet van 1870, die zoveel mogelijk op vrijwilligers steunde en enkel in geval van tekort de loting behield, en ondanks wetsvoorstellen tot afschaffing in 1887 en 1902. De reglementering van de loting (zie militiewet van 1817) voorzag de mogelijkheid van vervanging mits betaling van 1600.— fr. De bepaling van de 'slechte' loten varieerde: een gerechtsambtenaar merkte ze vooraf, ze werden zwartgemaakt of ze kwamen overeen met de oneven of met de lage nummers. Bij de loting waaraan Vermeylen deelnam, werd waarschijnlijk de vierde variante gebruikt. De legerdienst bedroeg 3 jaar en de mogelijkheid om hem af te kopen was uiteraard enkel weggelegd voor de gegoede burgers. (Zie: 'Loteling en Loting' in het Maandschrift Vlaamse Toeristische Bibliotheek (Augustus 1973).)
Show entire letter