<Resultaat 416 van 1419

>

Mein Süszer Mane!
Het derde nr van de Vl[aamsche School] vind ik gelukt.[1] Verstraete heel schoon.[2] Er is daar alleen die m'neer, hoe heet hi weeral, de Havre of zoo iets, die een onäesthetischen kop heeft.[3] Het artikel van Franck[4] is heel goed, met zijn gehakte en preciese volzinnetjes. Eigenaardig, in ieder geval.
Ik heb ferm gelachen met alles wat ge mij van 't Taaiverbond zegt. Vooral Toon Moortgat schijnt me een onschadelijke idioot. Ik ben zeker dat een van die kerels een rede uitgesproken heeft over "vloeienden" stijl! Zeg eens, de "snotneuzen" (want ik ben de eenige snotneus niet, meen ik) zouden toch gemakkelijk kunnen bewijzen dat al die onnoozele snullen "de klooten kennen" van hun kunst.[5]
Ik zie heel klaar het goede & het slechte van mijn artikel.[6] Er ontbreekt veel, maar het is geschreven. Ik ben overigens zeer ongevoelig geworden aan lof of aftakelarij, Rooses zei veel goed van mijn artikel aan Van Langendonck.. Maar zou hij openhartig spreken?
Werd een exemplaar gezonden aan Meunier? Ik zal er één sturen naar De Nieuwe Gids (indien het nog niet gedaan is?)
Franck wil dus met ons een campagne aanvangen....[7] In de Vl[aamsche School]????!! Dat is bepaald onmogelijk. Ik zal vóór 1 April mijn XX schrijven,[8] en ik beloof u dat het — zonder òverdreven lof — nochtans "gecorseerd" zal zijn. Ik wil eens al die onmachtigen serieus verergeren, dat ze mij heel-en-al zot geloven. En misschien zal ik daarna niets meer geven.
[2]
Wanneer toch zullen we ergens thuis zijn, om te mogen zeggen álles wat we willen? Er kan geen spraak zijn van een tijdschrift (in ieder geval, niet met P[ol de Mont]!). Maar ik laat mijn oud voorstel niet los: een blad gelijk l'Art moderne, dat alle twee weken zou verschijnen, met teekeningen. Dat zou alle veertien dagen zijn woord zeggen, en ik beloof u dat het een kracht zou zijn voor de "snotneuzen" (ik wil waarachtig dien naam behouden. Wie heeft 'm uitgesproken?). Van Langendonck zei me ook dat we niet mochten stilzwijgend in een hoekje staan; en dat strijd leveren in zijn jeugd — voor 't is gelijk wat — altijd voordeelig is voor geest en gemoed.
Ik heb u over die zaak alle inlichtingen gegeven. Mijn cijfers zijn juist, dat verzeker ik.[9] Mijn systeem van stichtende abonnenten kan toegepast worden. — Ga eens naar de Hofstraat,[10] spreek aan T[oon van] Welie, en als die genoeg opgehitst is, schud dan al die kerels op, maak ze geestdriftig, bespreek mijn voorstellen om het capitaal te verzamelen. Ik zou zelf willen opkomen (Pol de Mont vroeg het mij ook), maar ik heb 40 fr. schuld! Ik wil maar voor Antwerpen vertrekken, indien ik zeker ben dat de zaak zal lukken, dat ik mijn tijd in de Scheldestad niet zal verkwisten met over utopies te praten.
(Blijf in het Taa[lverbond] indien ge denkt dat ge daar zoudt abonnenten krijgen en propaganda maken.)
En het is nu het oprechte oogenblik om ons blad te stichten. Ik zie hier in Brussel een hoop jonge gasten die beginnen N[ieuwe] Gids te lezen, J[eune Belgique], enz. We zouden niet alleen staan, maar al de jongeren meesleuren. Vergeet ook niet dat dit jaar V[an] Langendonck's boek verschijnt,[11] en dat het boek zal bepist worden door al de kleine hondjes der onderwijzersliteratuur.
Gisteren ging ik met V[an Langendonck] dineeren bij A[lfred] de Smet — en we dineerden zelfs heel goed. (Mev[rouw de Smet] — barones van 'k Weet-Niet-Wat — is een artiest en schijnt mij meer waard dan haren man!). En in ons breinen "ging flitsig [3] — oranje-geel — het Idee op." Ziehier:
Wij gaan een colossale grap op gang zetten:[12] ik speel Jules Huret[13] en ga al de oudjes intervieweeren over den toestand onzer letterkunde! (ik zal zeggen dat het voor een boek is dat ik wil schrijven: Onze Letterkunde sedert 1830). 3 afdeelingen: dichters, prozaïschen, en toneelschrijvers. Ziehier b.v. eenige vragen (zij zijn nogal perfide!)
  • 1) Van welken dichter (sedert 1830), volgens u, moeten wij den invloed ondergaan? Wat denkt ge over de nieuwere richting? Waar gaan we heen!??
  • 2) Sedert '30; zijn de Hollandsche schrijvers hooger te stellen dan de Vl[aamsche], en waarom? Hebben wij van hen iets te leeren? Is hun taal beter dan de onze en waarom!!
In díe vragen zullen ze bijna allen blijven steken. Wat beestigheden er verteld zullen worden!!! Neen, maar denk eens na dat ik zal intervieweeren : Em[anuel] Hiel (die brutaal zal zijn), Vuylsteke, de Geyter, Pr[iester] Claeys, J[ulius] Sabbe, Sleeckx, Snieders, Hansen, Daems, V[irginie] Loveling, O[mer] Wattez, Brans, de Geest, T'Sjoen, Van Droogenbroeck, Coopman, Mev. Cortebeeck, Buyst, Blockhuys, de Tière, Peeters, J[ulius] Hoste, Od[ilon] Périer, de Potter, enz. enz..
! ! ! ! ! ! ! !
We zullen daarmêe een maand lang een colossaal pleizier hebben. Maar spreek er niemand van! Het complot moet geheim blijven. Als ik u eens in Antw[erpen] zie of hier krijg, dan leg ik u mijn methode uit. Ik begin met Brussel. Daarna zal ik ook waarschijnlijk de Mont &. a[nderen] aanspreken, zonder dat ze aan een interview denken.
Bij de eerste "okosje" zou ik dat uitgeven. Het zou een monument zijn. Dat doet me denken aan een titel van den caricaturist Granville: Les Animaux peints par eux-mêmes.[14] Ze zullen malkaâr — en zichzelven — afbreken!
Het zullen kostelijke documenten zijn. Indien er ons een van die typen eens aanvalt, dan drukken we eenvoudig zijn interview af.
[4]
Van Droogenbroeck sprak over eenige dagen met Em[ile] Verhaeren: hij zei hem dat hij ongelijk had een Zigeunerleven te leven, dat hij in zijn dorp (St Amand, bij Gent) had moeten blijven, waar hij heden door iedereen zou geacht zijn, dat hij daar een geruste positie zou gevonden hebben in het besturen eener oliefabriek, en — wie weet? — dat hij misschien burgemeester van zijn dorp zou geworden zijn!.... (sic).
— Morgen speelt Antoine die Wildent.[15] Wij zullen er allen zijn. L'Envers d'une Sainte was prachtig, zonder wat men gewoonlijk realisme noemt; een stil en langzaam psychologisch drama, in een grijze atmosfeer; maar daaronder, een zeer diepe zielsontleding, — en woelige driften, een schrikkelijke perversiteit, onder de geruste oppervlakte. Er waren wel 7 menschen in heel de zaal die in de handen klapten! Al de anderen vonden het stuk vervelend, en chuteerden. Achter ons (ik was met de 2 Dwelsh[auvers]) maakten de actricen van 't Park veel gerucht. Georg mompelt: "Cabotins!" Groote discussie, Théodore Hannon daartusschen, enz. enz.
Gust
Ik zie u van hier schepen laden en lossen. De gedachte vind ik koddig: sloof u een heelen dag af, draag kolenzakken, enz., ge zult daarom niet ophouden Mane te zijn.

Annotations

[1] De Vlaamsche School, nr. V (1892), p. 39-54.
[2] De tekening van Theodoor Verstraete op p. 45 stelt een man voor, die langs de waterkant op een steen zit.
[3] Portret van Gustave van Havre door Jan Baptist Michiels (1892), tussen p. 46 en 47, hoort bij het volgende artikel: Max Roosens, 'Gustave van Havre', in: De Vlaamsche School, nr. V (1892), p. 47-49.
[4] F. [Louis Franck], 'De XIII en het realisme', in: De Vlaamsche School, nr. V (1892), p. 44-46.
[5] Vermeylen zinspeelt waarschijnlijk op de vergadering van de Antwerpse groep van het Taalverbond op donderdag 4 februari. In het verslag hierover, opgenomen in het Maandblad van het Taalverbond (II, 10, 12 april 1892, p. 96-98), is er sprake van A. Moortgat. Deze las het schema van een drama; het verslag vermeldt geen titel. De idee van het stuk luidt: "Teeltkeus, wordt bij den natuurmensch stelselmatig toegepast. Onder invloed eener kunstmatige beschaving, verloopt teeltkeus in eene lijn met haken en hoeken."
[6] August Vermeylen, 'Constantin Meunier', in: De Vlaamsche School, nr. V (1892), p. 39-43.
[7] Vermeylen bedoelt (waarschijnlijk in antwoord op een brief van Emmanuel de Bom) een campagne van jongeren tegen de oudere generatie, zoals herhaaldelijk tot uiting komt in zijn andere brieven aan Emmanuel de Bom.
[8] August Vermeylen 'De XX te Brussel' De Vlaamsche School nr., V (1892)73-75. Verscheen in de 5de aflevering en is in De Vlaamsche School, blz.75 gedateerd: 4 mei '92.
[10] Namelijk bij de groep Als Ik Kan.
[11] Over dit werk — dat niet verscheen — is reeds sprake in brief 53, noot 4.
[12] Vermeylen begint met zijn interviews begin april. Zijn eerste 'slachtoffer' was Victor Dela Montagne. Zie brief 79, noot 5.
[13] Frans journalist van l'Echo de Paris die in 1891 een enquête organiseerde die in boekvorm is verschenen. Zie Jules Huret, Enquête sur l'évolution littéraire (Paris, Bibliothèque - Charpentier. G. Charpentier et E. Fasquelle, 1894). Het woord vooraf is gedateerd "Aout 1891" (p. XXI). Over literaire enquêtes, zie ook brief 30, noot 14 en brief 63, noot 10.
[14] Grandville (pseud. van Jean-Ignace-Isidere Gérard), Les Animaux peints par eux-mêmes, avec 320 dessins de Grandville. Texte par Balzac, Janin, Alfred de Musset, Stahl, G. Sand etc. (Paris, Hetzel, 1866). De eerste uitgave van dit werk was gepubliceerd in 1842 onder de titel: Scènes de la vie privée et publique des animaux, avec vignettes par Grandville. Etudes de moeurs contemporaines, publiées sous la direction de M.P.J. Stahl, avec la collaboration de MM. de Balzac, l'Héritier de l'Ain, Alfred de Musset, Paul de Musset, Charles Nodier, Mme Mennessier Nodier, Louis Viardot. 2 vol. avec pl. (Paris, Hetzel et Paulin, 1840-1842).
[15] Het Théâtre Libre d'Antoine kwam 10 stukken opvoeren in de Muntschouwburg in Brussel. Zie brief 58, noot 3.

Register

Naam - persoon

Blockhuys, Jozef (° Vorselaar, 1825-05-03 - ✝ Antwerpen, 1907-01-25)

Onderwijzer, journalist, bibliothecaris en schrijver. Werd in de wandeling "vader Blockhuys" genoemd. Genoot zijn opleiding aan de Rijksnormaalschool te Lier. Was eerst hoofdonderwijzer te Schaarbeek, waar hij zich inzette voor de inrichting van het beroepsonderwijs, daarna (1863 - 1865) hoofdredacteur van het pas opgerichte Antwerpse liberale dagblad De Koophandel van Antwerpen en van 1877 af beambte aan de Antwerpse Stadsbibliotheek, waar hij het tot onderbibliothecaris bracht. Stichtte in 1857 met H.Bauduin, J.Dautzenberg, Pr.van Duysse, J.F.J.Heremans, B.Rigaux en J.F.Jacobs het tijdschrift voor onderwijzers De toekomst. Schreef liederen en gedichten met moraliserende inslag, kindertoneel, schoolboeken (o.m. met Karel Weyler) en een bekroond werk over kunstnijverheid. Behoorde tot de pioniers van het Taalverbond, waarvan hij tijdens het eerste bestaansjaar penningmeester was. Was ook een der stichters van de Algemeene Belgische Onderwijzersbond (1857), in het kader waarvan hij zich een vinnig voorvechter toonde van het officieel onderwijs.

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Brans, Jan Mathijs (° As, 1853-10-02 - ✝ Eppegem, 1940-03-13)

Leraar en letterkundige.

Buyst, Leonard (° Lokeren, 1847-05-10 - ✝ Koekelberg, 1918-12-20)

Schrijver en werktuigkundige.

Woonde eerst in Parijs, daarna in Rijsel, waar hij verbonden was aan de Franse spoorwegmaatschappij. Kwam in 1874 terug naar België waar H. Conscience hem in Brussel een betrekking in het Wiertzmuseum bezorgde, waarvan hij echter spoedig, ook op aanraden van Conscience, weer afzag. Werd beambte bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken (dienst Nederlandse Taal- en letterkunde), waar hij het tot diensthoofd bracht. Lid van De Veldbloem en in 1881 een der stichtende leden van De Distel, waarvan hij jarenlang secretaris was. Militant lid van de Vlaamsche Volkspartij. Schreef gevoelerige gedichten, die de spotlust opwekten van de Van Nu en Straksers, en een paar verhalen in populaire trant.

Claeys, Hendrik (° Zomergem, 1838-12-07 - ✝ Gent, 1910-11-17)

Priester, dichter en redenaar.

Coopman, Theophiel (° Gent, 1852-11-24 - ✝ Schaarbeek, 1915-06-04)

Dichter, criticus, literatuurhistoricus en bibliograaf.

Daems, Servaas Domien (° Noorderwijk, 1838-06-04 - ✝ Tongerlo, 1903-07-30)

Kanunnik, schrijver en redenaar.

Droogenbroeck, Jan Van (° Sint-Amands, 1835-01-18 - ✝ Brussel, 1902-05-27)

Onderwijzer, ambtenaar en schrijver.

Dwelshauvers, Georges (° Brussel, 1866-09-06 - ✝ Parijs ?/?/, 1937)

Filosoof.

Broer van Jacques Dwelshauvers. Studeerde aan de ULB. Verbleef lange tijd in Duitsland waar hij leerling was van W. Wundt (deed o.m. filosofie aan de universiteit van Heidelberg van april 1891 tot het eind van het zomersemester). Werd in 1892 te Brussel speciaal doctor in de wijsbegeerte met zijn thesis Les principes de l'idéalisme scientifique, nadat een eerste proefschrift Psychologie de l'apperception et recherches expérimentales sur l'attention. Essai de psychologie physiologique. gebaseerd op zijn onderzoekingen in het laboratorium voor experimentele psychologie van W. Wundt, op principiële gronden was geweigerd. Was achtereenvolgens hoogleraar aan de ULB (1893-1918), aan de Catalaanse Universiteit te Barcelona (1918-?) en aan het Institut Catholique te Parijs (vanaf 1925). Publiceerde studies over J. Lagneau, H. Bergson en F. Nietzsche. Interesseerde zich ook voor het toneel wat zich uitte in studies over H. Ibsen, een vertaling van Goethes Iphigenies (1903) en een bewerking van Lessings Nathan der Weise (opgevoerd in het Théâtre du Parc te Brussel, 1904); schreef zelf ook een drama Ino (1913), geïnspireerd op Oedipus koning van Sophocles.

Dwelshauvers, (Jean) Jacques (° Brussel, 1872-07-09 - ✝ Montmaur-en-Diois (Drôme), 1940-11-14)

Kunsthistoricus en militant anarchist.

Broer van Georges Dwelshauvers en gezel van Clara Köttlitz, met wie hij in 1897 een vrij huwelijk aanging. Deed beloftevolle studies aan het Koninklijk Atheneum Brussel (afd. Latijn-Grieks), waar hij A.Vermeylen leerde kennen. Studeerde 1890-92 natuurwetenschappen aan de ULB (diploma van kandidaat in juli 1892). Met een beurs van de Jacobsstichting vatte hij in oktober 1892 studies in de medicijnen aan te Bologna, samen met de latere geneesheren Herman Köttlitz en Alfred Walravens. Hij verliet Bologna in 1897, zonder de hele cyclus te hebben beëindigd.

In hetzelfde jaar begonnen de eerste strubbelingen met Gust Vermeylen, i.v.m. diens huwelijk met Gaby Brouhon en de strekking en inhoud van Van Nu en Straks. Het jaar daarop maakte hij een nieuwe reis naar Bologna en Bergamo. In het voorjaar van 1899 trok hij met Clara naar Firenze, waar hij zich voortaan geheel aan kunsthistorisch onderzoek wijdde, geboeid door de figuur van Botticelli en de kuituur van het Quattrocento. Hij zou in Firenze ook nog de toelating hebben gevraagd zich voor de eindexamens geneeskunde aan te bieden, maar legde die nooit af. Zijn verblijf in en om Firenze (afwisselend te Calamecca en te Castello), dat tot 1906 duurde, werd regelmatig onderbroken voor reizen naar het thuisland, en naar Parijs.

In 1899 werd te Antwerpen trouwens zijn zoon Lorenzo (Jean-Jacques Erasme Laurent) geboren (op de akte tekende o.m. Emmanuel de Bom als getuige), en het gezin was er officieel ingeschreven aan de Montebellostraat 3 tot 1906. In dat jaar, verhuisden zij naar Colombes bij Parijs (Boulevard Gambetta 46, niet-geregistreerde verblijfplaats). Dwelshauvers, die zich intussen Mesnil noemde (naar twee dorpjes bij Dinant, de geboortestad van zijn vaders familie), onderhield er nauwe contacten met de anarchistische en internationalistische beweging. Hij verdiende de kost met het schrijven van reisgidsen, eerst bij Hachette (o.a. de Guide Joanne - na W.O.I Guide Bleu - over Noord-Italië), nadien bij Baedeker.

Tussen 1910 en 1914 vestigde het gezin Mesnil zich te Alfort bij Parijs, waar - gezien zijn moeilijkheden met de geheime politie - evenmin een officiële inschrijving werd genoteerd. Jacques Mesnil stierf in niet opgehelderde omstandigheden te Montmaur, waar zijn zoon toen zou hebben gewoond; hij leed toen al enkele jaren aan een hart- en nierziekte waarvoor hij o.m. door dokter Schamelhout werd behandeld. Behalve aan Van Nu en Straks werkte hij nog mee aan Mercure de France, La société nouvelle, Ontwaking, Onze kunst, Revista d'Arte, Gazette des beaux arts, Burlington Magazine, de Parijse krant L'Humanité en het Italiaanse Avanti. Een bibliografie kan men terugvinden in de geciteerde bronnen.

Franck, Louis (° Antwerpen, 1868-11-28 - ✝ Wijnegem, 1937-12-31)

Advocaat en politicus.

Geest, Edmond De (° Lokeren, 1847-09-14 - ✝ Schaarbeek ?/?/, 1904)

Schrijver.

Behoorde met J.M.Brans, F.van Cuijck en R.Stijns tot de prozaschrijvers uit de overgangsperiode die aan Van Nu en Straks voorafging. Was leerling aan het St.-Jozefcollege te St.-Niklaas, later aan het St.-Barbara college te Gent. Beheerde gedurende enkele jaren de ellewinkel van zijn vader. Was militant liberaal en lid van de Gemeenteraad te Lokeren. Goede vriend van P.Benoit, E.Hiel, N.de Tière, A.de Vos en E.Blauwaert, die vaak bij hem aan huis kwamen. Schreef behalve toneel ook fabels en, het onderwerp van zijn sterkste toneelstuk De werkstaking (1880) hernemend, een tweedelige antisocialistische roman Dwars door 't leven (1887), die de aanleiding werd tot een felle en langdurige polemiek met M.Rooses. Verhuisde in 1890 naar Schaarbeek, waar hij lid was van het Willemsfonds en zich minder intensief met letterkunde bezighield.

Gerard, Jean Ignace Isidore (° Nancy, 1803 - ✝ Nauves (Parijs), 1847)

Eigenlijk: Gerard, Jean Ignace Isidore

Tekenaar en karikaturist.

Geyter, Julius De (° Lede, 1830-05-25 - ✝ Antwerpen, 1905-02-18)

Letterkundige en politicus.

Hannon, Théodore (° Elsene, 1851-10-01 - ✝ Etterbeek, 1916-04-07)

Dichter, schilder en kunstcriticus.

Fervent verdediger van het naturalisme en het modernisme in de kunst. Medewerker aan La chronique, La revue de Belgique, La jeune Belgique en L'art moderne. Stichter van het weekblad L'artiste (1875 - 1880), waaraan naast C.Lemonnier, G.Eekhoud, Jean d'Ardenne, L.Solvay en E. Verhaeren ook E.Zola, J.-K.Huysmans en zelfs P.Verlaine meewerkten. Publiceerde erotische poëzie, vaak geïllustreerd door F.Rops, die zijn Vriend was. Schreef ook enkele revues, een operette, een pantomime en twee balletten.

Hansen, Constant Jacob (° Vlissingen, 1833-10-04 - ✝ Brasschaat, 1910-04-14)

Letterkundige en bibliothecaris.

Havre, Gustave Ch. A. M., Ridder Van (° Antwerpen, 1817-03-05 - ✝ Antwerpen, 1892-01-23)

Politicus en kunstkenner.

Was senator, provincieraadslid, burgemeester van Wijnegem, erelid van het korps van de Koninklijke Academie te Antwerpen en lid van de Academie voor Archeologie van België. Werd geportretteerd door J.B. Michiels.

Hiel, Emanuel (° Sint-Gillis-Dendermonde, 1834-05-31 - ✝ Schaarbeek, 1899-08-27)

Letterkundige.

Huret, Jules (° Boulogne s/M, 1864 - ✝ Parijs, 1915)

Journalist.

Sedert 1889 verbonden aan de Echo de Paris. Werd beroemd met zijn Enquête sur l'Evolution littéraire (1891). Van augustus tot eind november 1892 leidde hij voor Le Figaro een soortgelijk onderzoek onder de titel 'La Question Sociale'; later gebundeld: Enquête sur la question sociale en Europe (1897).

Langendonck, Prosper Antoine Joseph Van (° Brussel, 1862-03-15 - ✝ Brussel, 1920-11-07)

Schrijver en ambtenaar. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Op 23/12/1899 gehuwd met Adèle Wouters.

Loveling, Virginie (° Nevele, 1836-05-17 - ✝ Gent, 1923-12-01)

Schrijfster.

Zuster van Maria en Rosalie Loveling.

Meunier, Constantin Emile (° Etterbeek, 1831-04-12 - ✝ Elsene, 1905-04-04)

Beeldhouwer, schilder en graficus.

Vader van Karl Meunier.

Michiels, Jan Baptist (° Antwerpen, 1821-06-29 - ✝ Antwerpen, 1890-04-10)

Etser.

Mont, Maria Polydoor Karel De (gen. Pol) (° Wambeek, 1857-04-15 - ✝ Berlijn, 1931-06-29)

Schrijver, kunsthistoricus en journalist.

Montagne, Victor Alexis Dela (° Antwerpen, 1854-10-08 - ✝ Sainte-Adresse (Frankrijk), 1915-08-19)

Ambtenaar en schrijver. Zoon van Laurentius dela Montagne.

Moortgat, Antoon (° Antwerpen, 1862-05-10 - ✝ Braunschweig, 1927-03-23)

Leraar, uitgever, schrijver en journalist.

Peeters, Hendrik Barthel (° Antwerpen, 1885-02-26 - ✝ Schaarbeek ?/?/, 1893)

Leraar en schrijver.

Kreeg zijn opleiding aan het Klein Seminarie te Mechelen, samen met o.m. J.van Beers. Sedert 1844 leraar aan het stadscollege Pitzemburg te Mechelen, dat hij in 1849 verliet toen dit in de handen van de geestelijkheid overging. Was daarna werkzaam in het boekbedrijf te Antwerpen, Doornik en Borgerhout. Sedert 1880 beambte bij het Ministerie van Openbare Werken in Brussel. Schreef gedichten, historische en andere drama's, blijspelen en verhalen (o.m. Willem de gek, 1848), waarbij hij herhaaldelijk uiting gaf aan zijn vrijzinnige levensbeschouwing. Was in 1890 lid van de Brusselse groep van het Taalverbond

Perier, Odilon (° Dendermonde, 1843-03-25 - ✝ St.Joost-ten-Node, 1918-01-19)

Schrijver en advokaat.

Studeerde rechten te Gent. Vestigde zich in 1868 als advokaat te Dendermonde en voerde daar als eerste in het Nederlands het woord voor de rechtbank. In 1871 werd hij plaatsvervangend rechter te Dendermonde bij de rechtbank van eerste aanleg. Périer was ook de eerste Vlaming die het examen van gegradueerde in de letteren in het Nederlands aflegde; op grond hiervan kreeg hij een onderscheiding van het Willemsfonds. In 1879 werd hem het bestuur toevertrouwd van de Nederlandse uitgave van de Beknopte Handelingen der Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers. Publiceerde vele gedichten in de Gentse studentenalmanak, twee dichtbundels, en boeken over Dirk Donker Curtius en Lieven Bauwens

Potter, Frans De (° Gent, 1834-01-04 - ✝ Gent, 1904-08-15)

Historicus, journalist en schrijver.

Rooses, Max (° Antwerpen, 1839-02-10 - ✝ Antwerpen, 1914-07-15)

Kunsthistoricus en criticus.

Vader van Rosa Rooses.

Sabbe, Julius (° Gent, 1846-02-14 - ✝ Brugge, 1910-07-03)

Schrijver en liberaal politicus.

Vader van Maurits Sabbe.

Sleeckx, (jan Lambrecht) Domien (° Antwerpen, 1818-02-02 - ✝ Luik, 1901-10-15)

Onderwijzer, journalist en schrijver.

Smet, Alfred De (° Hoeke, 1853-01-08 - ✝ Ukkel, 1918-04-23)

Dichter en polemist.

Snieders, August (° Bladel (Noord-Brabant), 1825-05-08 - ✝ Borgerhout, 1904-11-19)

Schrijver.

Tiere, Nestor De (° Eine (thans Oudenaarde), 1856-08-06 - ✝ Vorst (Brussel), 1920-09-28)

Ambtenaar en schrijver.

T'sjoen, Emiel Hendrik (eig. Hendrik Frederik) (° Schorisse, 1857-01-31 - ✝ St.-Gillis (Brussel), 1909-06-01)

Eigenlijk: Hendrik Frederik T'Sjoen.

Onderwijzer en schrijver.

Broer van Floris T'Sjoen.

Verbist, Barbara-regina (° Leuven, 1853-04-28 - ✝ Brugge, 1903-05-10)

Lerares en letterkundige. Echtgenote van Constant Cortebeeck. In 1892 lid van het Taalverbond Brussel. Lid van De Distel. Was op het einde van haar leven lerares aan de Meisjesnormaalschool te Brugge Meer gegevens werden over haar niet teruggevonden.

Verhaeren, Emile (° Sint-Amands, 1855-05-21 - ✝ Rouen, 1916-11-27)

Dichter.

Vermeylen, August. (° Brussel, 1872-05-12 - ✝ Ukkel, 1945-01-10)

Hoogleraar, kunsthistoricus en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Gabrielle Josephine Pauline Brouhon op 21/09/1897.

Verstraete, Théodoor (° Gent, 1850-01-05 - ✝ Antwerpen, 1907-01-08)

Schilder en etser.

Vuylsteke, Julius Peter (° Gent, 1836-11-10 - ✝ Gent, 1903-01-16)

Advocaat en schrijver.

Wattez, Omer (° Schorisse, 1857-02-09 - ✝ St.-Lambrechts-Woluwe, 1935-03-26)

Leraar en schrijver.

Welie, Antoon Van (° Afferden, 1866-12-18 - ✝ Den Haag, 1957-09-25)

Schilder.

Titel - krant/tijdschrift

Art Moderne, L' (° 1881 - ✝ 1914)

Brussels artistiek weekblad.

Werd, zoals ook La jeune Belgique, bij Wwe Monnom gedrukt. Opgericht door de advocaat Edmond Picard, die toen werd beschouwd als de geestelijke leider van de Brusselse progressieve jongeren. Samen met Octave Maus, de bezieler van de kunstenaarskring Les XX (1884 - 1893), verdedigde hij in l'Art moderne o.m. het impressionisme en het wagnerisme. Het tijdschrift kan in zekere zin beschouwd worden als een voorbode van Van Nu en Straks: vooral Picards uitspraak dat kunst filosofische gedachte, synthese en leven is, wijst in die richting. Medewerkers waren o.a. C.Lemonnier, E.Verhaeren (die ook in de redactie zat), G. Eekhoud, E. De Molder (later schoonzoon van Fél.Rops) en H. van de Velde.

Echo De Paris, L' (° 1884 - °)

Parijse krant.

Publiceerde van 16/02 tot 20/04/1891 Là-bas van Huysmans; in 1891 Jules Hurets 'Enquête sur l'évolution littéraire'; directeur was toen Valentin Simond. Het blad was door de Belgische censuur verboden. Vanaf eind 1892 verscheen als periodiek supplement L'Echo de Paris littéraire illustré.

Jeune Belgique, La (° 1881 - ✝ 1897)

Literair tijdschrift.

Maandblad Van Het Taalverbond (° 1890 - ✝ 1895)

Op voorstel van H. Langerock (secretaris van de Brusselse groep) werd het Jaarboek van het Taalverbond vervangen door een maandelijks bulletin, waarin gedetailleerd verslag werd uitgebracht over de vergaderingen die in de diverse groepen werden belegd. De administratie berustte bij Fr. van Cuyck. In tegenstelling tot de Jaarboeken bevatten de Maandbladen geen literair gedeelte meer. In plaats daarvan gaf het Taalverbond jaarlijks minstens één werk van een van zijn leden in eigen beheer uit (b.v. Uit het leven door L. Smits en Volksgeneeskunde in Vlaanderen door A. de Cock).

Vlaamsche School, De (° 1855 - ✝ 1901)

Tijdschrift voor kunsten, wetenschappen, letteren, oudheidkunde en kunstnijverheid.

Naam - instituut/vereniging

Als Ik Kan (° 1883 - ✝ 1950)

Antwerpse kunstkring.

Werd opgericht door een aantal jonge kunstenaars, die via groepstentoonstellingen hun werk een ruimere bekendheid wilden geven. Stichters waren F. Hanno, P. de Wit, F. Adriaenssen, Ch. Bolland, L. Brunin, E. Chappel, J. Rosier, H. Rul en H. van de Velde. Onder het voorzitterschap (vanaf 1 januari 1890) van H.Luyten, die ook het grote groepsportret Een zitting van de kunstkring Als ik kan 1885 schilderde, traden nog enkele talentrijke jongeren toe (onder wie K. Mertens, R. Baseleer, E. Larock en V. Hageman). De manifestaties van de kring werden o.m. door VS, het leidinggevende kunsttijdschrift uit die tijd, met welgemeende belangstelling gevolgd. Rond de eeuwwisseling echter verloor de groep zijn élan en verschoof naar de achtergrond van het artistieke leven, om rond 1950 te verdwijnen.

Koninklijke Muntschouwburg

Brusselse operaschouwburg.

Taalverbond, Het (° 1887 - ✝ –, 1900)

Liberale vereniging.

Théâtre du Parc (° 1782 - °)

Brussels theater.

Bestaat heden nog. Werd van 1879 tot 1892 bestuurd door Fr.Candeilh die de schouwburg een grote faam bezorgde door de Parij se theateractualiteit op de voet te volgen. Onder zijn leiding werd ook onuitgegeven werk gecreëerd van o.m. M.Maeterlinck, O.Mirbeau, H.Kistemaeckers en Th.Hannon. Hij nodigde gezaghebbende Franse acteurs en groepen uit, zoals S.Bernhardt in 1880 en het Théâtre-Libre d'Antoine in de jaren negentig. De eigen groep bracht doorgaans goede komedies, die bij het Brusselse publiek zeer in trek waren.

Theatre-libre (° 1887 - ✝ –, 1896)

Parijs theater.

Werd opgericht door A.Antoine, die vernieuwing wou brengen in het in conventies vastgelopen Parij se schouwburgleven. Het specialiseerde zich in het brengen van niet eerder vertoonde of weinig gekende stukken hetzij van buitenlanders (b.v. Tolstoj, Toergenjev, Ibsen, Strindberg), hetzij van eigen jonge debuterende auteurs of van auteurs uit de naturalistische school, van wie het werk elders niet aan bod kwam. Behalve een afwijkend repertoire, hield Antoine er ook eigen regieopvattingen op na: zo moesten zijn acteurs alle rollen spelen (i.t.t. de officiële theaters waar men typerollen speelde) en moesten hun kostumering, spel en diktie zo natuurgetrouw mogelijk zijn. Het Théâtre-Libre kende onmiddellijk grote bijval. Zijn faam verspreidde zich snel over Europa, zodat nog voor het einde van de eeuw op verschillende plaatsen gelijkaardige theaters werden opgericht, zo o.m. te Berlijn en Zürich (Die Freie Bühne) en te Londen (The Independent Theatre). In 1896 werd het door Antoine zelf omgevormd en herdoopt in Theâtre-Antoine, dat - zij het met meer omzichtigheid en zin voor zakelijk succes - de traditie van het Théâtre-Libre voortzette.

Vingt, Les (° 1884 - ✝ 1894)

Brusselse avant-gardistische kunstkring.

Indextermen

Naam - instituut/vereniging

Als Ik Kan
Café des Artistes
Muntschouwburg
Taalverbond
Théâtre du Parc
Théâtre-Libre d'Antoine
XX, Les

Naam - persoon

Balzac, Honoré de
Blockhuys, Jozef
Bom, Emmanuel de
Brans, Jan Mathijs
Buyst, Leonard
Claeys, Hendrik
Coopman, Theophiel
Cortebeeck-Verbist, Barbara Regina
Daems, Servaas
Droogenbroeck, Jan van
Dwelshauvers, Georges
Dwelshauvers, Jacques
Franck, Louis
Geest, Edmond de
Geyter, Julius de
Grandville
Hannon, Théodore
Hansen, Constant Jacob
Havre, Gustave van
Hiel, Emanuel
Hoste, Julius
Huret, Jules
Janin
Langendonck, Prosper van
Loveling, Virginie
Mennessier Nodier, Mme
Meunier, Constantin
Michiels, Jan Baptist
Mont, Pol de
Montagne, Victor dela
Moortgat, Antoon
Musset, Alfred de
Musset, Paul de
Nodier, Charles
Peeters, Hendrik
Potter, Frans de
Périer, Odilon
Rooses, Max
Sabbe, Julius
Sand, George
Sleeckx, Domien
Smet, Alfred de
Smet, Mevr. Alfred de
Snieders, August
Stahl, P.J.
T'Sjoen, Emiel Hendrik
Tière, Nestor de
Verhaeren, Emile
Vermeylen, August
Verstraete, Theodoor
Viardot, Louis
Vuylsteke, Julius
Wattez, Omer
Welie, Antoon van

Naam - plaats

Antwerpen
Brussel
Gent
Parijs
Sint-Amands

Naam - uitgever

Charpentier et Fasquelle
Hetzel
Hetzel et Paulin

Titel - artikel

Constantin Meunier
Gustave van Havre
XIII en het realisme, De
XX te Brussel, De

Titel - boek

Animaux peints par eux-mêmes, Les
Enquête sur l'évolution littéraire
Onze Letterkunde sedert 1830
Scènes de la vie privée et publique des animaux

Titel - cyclus/reeks

Bibliothèque Charpentier

Titel - krant/tijdschrift

Art moderne, L'
Echo de Paris, L'
Jeune Belgique, La
Maandblad van het Taalverbond
Nieuwe Gids, De
Vlaamsche School, De

Titel - plastisch werk

Portret van Gustave van Havre

Titel - toneelstuk

Envers d'une sainte, L'
Wilde eend, De