<Resultaat 460 van 1419

>

Houwe!
Het is wel een klein beetje vernederend in de D[icht- en Kunst Halle] te schrijven. Maar ik doe het alleen om de boeken te krijgen.[1]. In delaMontagne moet ge natuurlijk geen vertrouwen hebben. Ziehier het gebeurde: hij heeft aan den Thijs[2] gevraagd om een heel jaar door de critiek te leveren. Ik heb hem daarna voorgesteld — de mon propre mouvement — de niet-Vlaamsche boeken te bespreken. Hij heeft me doen opmerken dat gij moest orakelen over N[oord-Nederlandsche] werken, en dat moogt ge doen met volle vrijheid, ik laat u dat deel over.[3] Ik zal overigens niet veel schrijven: alleen wanneer ik een merkwaardig boek zal willen bezitten.
Van de Vl[aamsche School] gesproken: wanneer zal die verdomd verschijnen??? Ik begin hier een gek figuur te trekken: sedert Zaterdag 14 Mei (voordracht Eeckhoudt over Benoît)[4] heb ik aan X[avier] Mellery beloofd, hem "morgen" het nummer te brengen. Die moet gelooven dat ik met zijn teekeningen naar den Oost ben.
Andere zaag: ik zal een artikel schrijven over Als ik Kan,[5] maar zal dat sturen aan Jan Veth om het in het Amsterd[amsch Weekblad] te plaatsen. Indien het daar niet aangenomen wordt moogt ge er mêe doen wat ge wilt (Ik heb me geabonneerd op het Amst[erdamsch Weekblad].) Tot hiertoe is er nog geen goei critiek van A[ls Ik Kan] verschenen. Alleen le Mouvem[ent] littéraire belooft wat.[6] Ik wacht het einde van zijn artikel af om u dat te zenden
Gust

Annotations

[2] Jan Matthijs Brans.
[3] Emmanuel de Bom, 'Literaire Kunst. Zuster Bertha, door Aletrino, Amsterdam, W.Versluys', in: Nederlandsche Kunst- en Dichthalle, XV, 6 (1 aug. 1892), p. 281-284.
[4] Georges Eekhoud hield een voordracht over Peter Benoit op zaterdag 14 mei om 14u30 op de tentoonstelling 'Anvers-Bruxelles', ingericht op initiatief van Als Ik Kan in Brussel in het Modern Museum aan de Museumplaats. Zie de Koophandel van Antwerpen van 10 mei 1892 en Méphisto, XVII, 37 (11 juni 1892), p. 1. De tekst van deze voordracht is gepubliceerd: Georges Eekhoud, Peter Benoit. Sa Vie. Son Esthétique et son Enseignement. Son Oeuvre (Brussel, Imprimerie Veuve Monnom, rue de l'industrie, 32, 1897). Op de Franse titel staat vermeld dat het de tekst is van een voordracht gehouden in Brussel en in Antwerpen. Het derde deel van de voordracht verscheen afzonderlijk: Georges Eekhoud, 'L'Oeuvre de Peter Benoit', in: L' Art Moderne, XII, 21 (22 mei 1892), p. 163-165. De tekst is zo goed als identiek.
[5] De nummers van 29 mei en 5 juni 1892 van De Amsterdammer. Weekblad voor Nederland zijn onvindbaar. Zie brief 107, noot 11. Als dit artikel van Vermeylen over Als Ik Kan werkelijk verschenen is, zou het in één van deze twee nummers moeten gepubliceerd zijn, vermits het in de overige afleveringen niet voorkomt.
[6] F. Roussel, 'L'exposition de l'"Als Ik Kan"', in: Le Mouvement Littéraire, I, 7 (8 mei 1892), p. 57-58 en I, 8 (23 mei 1892), p. 64-65 brengt een lovende bespreking van de tentoonstelling 'Anvers-Bruxelles', ingericht op initiatief van Als Ik Kan.

Register

Naam - persoon

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Brans, Jan Mathijs (° As, 1853-10-02 - ✝ Eppegem, 1940-03-13)

Leraar en letterkundige.

Eekhoud, Georges (° Antwerpen, 1854-05-27 - ✝ Schaarbeek, 1927-05-29)

Journalist en schrijver.

Mellery, Xavier (° Laken, 1845-08-09 - ✝ Laken, 1921-02-04)

Schilder, tekenaar en illustrator.

Montagne, Victor Alexis Dela (° Antwerpen, 1854-10-08 - ✝ Sainte-Adresse (Frankrijk), 1915-08-19)

Ambtenaar en schrijver. Zoon van Laurentius dela Montagne.

Vermeylen, August. (° Brussel, 1872-05-12 - ✝ Ukkel, 1945-01-10)

Hoogleraar, kunsthistoricus en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Gabrielle Josephine Pauline Brouhon op 21/09/1897.

Veth, Jan Pieter (° Dordrecht, 1864-05-19 - ✝ Amsterdam, 1925-08-01)

Schilder.

Titel - krant/tijdschrift

Amsterdammer, De (° 1877 - ✝ 1907)

Weekblad.

Tussen 1880 en 1907 stond het o.l.v. de predikant J. de Koo. Het was een zaterdagavondblad met vooral politieke artikelen in grote letters en het overige van de inhoud in een zeer kleine letter. De toneelverslagen werden er o.a. besproken door Frank van der Goes; de boekbesprekingen lagen nogal aan de anekdotische kant. De rubrieken letterkunde en schilderkunst werden verzorgd door R.A. Kollewijn en J. Veth. Einde 1882 werd er naast het weekblad een dagblad uitgegeven, in dezelfde vooruitstrevend-vrijzinnige geest. Dit dagblad, in de wandeling De nieuwe Amsterdammer geheten, bestond tot 1895.

Art Moderne, L' (° 1881 - ✝ 1914)

Brussels artistiek weekblad.

Werd, zoals ook La jeune Belgique, bij Wwe Monnom gedrukt. Opgericht door de advocaat Edmond Picard, die toen werd beschouwd als de geestelijke leider van de Brusselse progressieve jongeren. Samen met Octave Maus, de bezieler van de kunstenaarskring Les XX (1884 - 1893), verdedigde hij in l'Art moderne o.m. het impressionisme en het wagnerisme. Het tijdschrift kan in zekere zin beschouwd worden als een voorbode van Van Nu en Straks: vooral Picards uitspraak dat kunst filosofische gedachte, synthese en leven is, wijst in die richting. Medewerkers waren o.a. C.Lemonnier, E.Verhaeren (die ook in de redactie zat), G. Eekhoud, E. De Molder (later schoonzoon van Fél.Rops) en H. van de Velde.

Koophandel Van Antwerpen, De. Dagblad Voor Politiek, Nijverheid, Kunst En Landbouw Van Antwerpen (° 1863 - ✝ 1897)

'Dagblad voor Politiek, Nijverheid, Kunst en Landbouw van Antwerpen'. Doctrinair-liberaal dagblad.

Mouvement Litteraire, Le (° 1892 - ✝ 1894)

Tweemaandelijks litterair tijdschrift te Brussel.

Op 08/02/1892 opgericht door F. Roussel, R. Nyst en L. Donnay, en gedrukt bij Godenne te Mechelen. Het laatste nummer verscheen op 08/01/1894.

Nederlandsche Dicht- En Kunsthalle (° 1878 - ✝ 1897)

Cultureel maandblad.

Vlaamsche School, De (° 1855 - ✝ 1901)

Tijdschrift voor kunsten, wetenschappen, letteren, oudheidkunde en kunstnijverheid.

Naam - instituut/vereniging

Als Ik Kan (° 1883 - ✝ 1950)

Antwerpse kunstkring.

Werd opgericht door een aantal jonge kunstenaars, die via groepstentoonstellingen hun werk een ruimere bekendheid wilden geven. Stichters waren F. Hanno, P. de Wit, F. Adriaenssen, Ch. Bolland, L. Brunin, E. Chappel, J. Rosier, H. Rul en H. van de Velde. Onder het voorzitterschap (vanaf 1 januari 1890) van H.Luyten, die ook het grote groepsportret Een zitting van de kunstkring Als ik kan 1885 schilderde, traden nog enkele talentrijke jongeren toe (onder wie K. Mertens, R. Baseleer, E. Larock en V. Hageman). De manifestaties van de kring werden o.m. door VS, het leidinggevende kunsttijdschrift uit die tijd, met welgemeende belangstelling gevolgd. Rond de eeuwwisseling echter verloor de groep zijn élan en verschoof naar de achtergrond van het artistieke leven, om rond 1950 te verdwijnen.