Mane de Bom, als ik u zoo laat schrijf, dan is het de schuld van de "Tres belles heures de Turin," die me ziekskes hebben gemaakt.
[1] Ziehier hoe: ik heb er eerst over nagedacht over 't getijdenboek nl., daarna zijn mijn gedachten op 't huis van Savoye gekomen,
[*] daarna ben ik op savooi-koolen gaan peinzen, daarna heb ik er absoluut willen eten, — en daarna, mijn spijsverteeringstelsel weêrspanning zijnde, ben ik er ongemakkelijk geweest.
't Is nu gedaan; merci. — En nu schrijf ik u gauw over die
"Tentoonstelling van het Syndicaat der boek-nijverheden van Oost-Vlaanderen. — Drukwerken, boeken, illustratieën, plakbrieven, boekbanden. — Tevens terugblikkende tentoonstelling van het boek. — Open van 2 tot 31 Juli, lokaal van 't Atheneum.[2]
't Terugblikkend ofte retrospectief gedeelte rust op
Paul Bergmans die al zoo hard klaagt als gij... 't Zal interessant zijn: Reconstitutie van een oude drukkerij; oude Nederlandsche drukwerken en boeken; miniaturen; oude (Vlaamsche en Hollandsche) banden, waaronder miraculeus schoone. —
Bergmans heeft de amabiliteit gehad mij als correspondent van het
T[ijdschrift] voor
B[oe]r– en
B[ibliotheek wezen][3] (!?) op de vernissage te inviteeren, heden avond. Ze gaan alles in den "Copal" steken,
[*] en den ouden
van der Haeghen in den "vuurlak"...
[*]
Enfin, zoodat ik me tot een locht verslaagje van de expositie voor 't overzicht van uw Tijdschrift zal schuldig maken, met uw goed-dunken, en tenzij ge 't liever zelf deedt....
— Hierbij, met de uitstorting van eene dankbetuiging die mij het hart overstelpt, stuur ik u 't schriftje des heeren
Moes terug.
[4] Maar wilde mij ne keer laten weten waarin dat Duitsch verschenen is?
[5] Ik brand van verlangen; me dit, met een gloeiend ijzer, in de hersenpan te griffelen. — Dat pampierken heeft me triumphantelijk geleerd dat het "Breviarium Grimani" in
Gent is uitgevoerd!!!
[6] En ik zal het bewijzen met al den "esprit de clocher"
[*] waar ik kapabel van ben.
En 'k geloof dat het al is, wat ik u op heden te vertellen heb. 't Is weinig, maar 't is goed.
Ik heb Verzen gezonden naar Vlaanderen, en naar u zend ik mijn beste groeten
Tot binnen kort, nietwaar?
Uw
Karel van de Woestyne
Zeg ne keer, ge moet mij geen
"varkensfokker" meer doopen, hoor, op mijn adres!
[7] De facteur beziet mij met walg en afkeer, en vindt het pretentieus van een zwijnenkweeker, een bril en lang haar te dragen.
Leitmotiv uit "de Zwijnen"
[8]
"o, ik heb ze gekend, verzeker ik u, onoverdrachtelijk!"
Annotations
[*] 'Huis van Savoy': dynastie van Sardinië en Italië.
[3] Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen: zie
brief 17, noot 1. Het feit dat Van de Woestijne 'Boek(wezen)' tot
'Br.' (en dus 'Boer') afkort, is geen verschrijving maar een grap, wat ook blijkt uit de toevoeging
'(!?)'.
[*] 'Copal' is de verzamelnaam voor fossiele harsen die halverwege het proces zijn, waardoor zij in barnsteen veranderen. Copal kan wit, goudkleurig of donkerbruin zijn, en wordt onder meer gebruikt om wierook van te maken.
[*] 'Vuurlak': moffellak, een soort lak die in de (moffel-)oven op een voorwerp glanzend uitvloeit en daardoor vervolgens een harde bedekking vormt. De zin betekent in feite zoveel als: 'ze gaan het allemaal bewieroken en het werk van
Vander Haeghen in het bijzonder in de verf zetten'.
[4] Ernest Willem Moes publiceerde in 1905 een artikel over het
Breviarium Grimani in het
Tijdschrift voor Boek- en Biliotheekwezen (jrg. 3, p. 17-23). Het is mogelijk dat Van de Woestijne al in juni 1904 over de tekst kon beschikken.
[5] Omdat een brief van De Bom daarover ontbreekt, is het niet duidelijk om welk Duits artikel het gaat.
[6] Zie
Paul Durrieu, Alexandre Bening et les peintres du Bréviaire Grimani, in: Gazette des Beaux Arts, mei 1891, p. 353-367.
Durrieu had het daarin gehad over het
Breviarium Grimani. Kennelijk was dat artikel het 'pampierken' waarover Van de Woestijne het hier heeft. Het
Breviarium was interessant voor Van de Woestijne, omdat het miniaturen bevat van
Simon Bening en van diens vader (Alexander). Of het in Gent is vervaardigd, is onzeker, maar de illustratoren die er aan meewerkten, horen voornamelijk tot de zogenaamde Gents-Brugse school. Werk van
Bening komt ook voor in het Getijdenboek van Turijn, waarover Van de Woestijne een studie schreef. Het woord 'Gent' is in de brief drie keer onderstreept.
[*] 'Esprit de clocher': dorpsgeest.
[7] De enveloppe waarin de brief van De Bom zat, en waarop hij Van de Woestijne blijkbaar
'varkensfokker' had genoemd (alluderend op 'De zwijnen van Kirkè'), is niet bewaard.