Zie eens hier wat ik ontvang van
Teirlinck!
[1] Wat moet ik daarvan denken? Teekenend is het voor
Teirlinck! Maar kan de sloeber mij geen kwaad doen bij
de Meester? Ik weet wel dat
D[e Meester] mij zeer genegen is, en in den laatsten tijd met
Teirlinck minder hoog schijnt op te loopen; maar, dat schermen met
Brusselaar en
liberaal!
[2]...
Ik heb aan Teirlinck nog niet geantwoord. Ik heb een vinnigen brief gereed, maar niet opgestuurd. Geef me eerst raad: gij kent Teirlinck en de Meester, en weet in hoever er gevaar is voor mij... Zou ik aan de Meester er over schrijven?
Spoedig een woordeken daarover, niewaar? 't Is erg vervelend, zulde!
Annotations
[1] Teirlinck voelde zich gepasseerd als mogelijke correspondent voor de
Nieuwe Rotterdamsche Courant. Dat heeft hij blijkbaar per brief aan Van de Woestijne laten weten. De brief is niet bewaard.
[2] Teirlinck beantwoordde inderdaad aan het profiel van de correspondent naar wie de
NRC op zoek was. Hij woonde al heel zijn leven in (de buurt van) Brussel en had liberale sympathieën. In 1925 zou hij overigens voor de wetgevende verkiezingen op de liberale partijlijst staan, maar hij werd niet verkozen.
Register
Naam - persoon
Meester, Johan de (° 1860 - ✝ 1931)
Prozaschrijver en journalist. Tussen 1886 en 1891 was hij vanuit Parijs correspondent voor het Handelsblad, om vervolgens tot 1927 als criticus te werken voor de Nieuwe Rotterdamsche Courant. Het proza van De Meester (o.m. Een huwelijk, 1890 – Zeven vertellingen, 1899 – Louise van Breedevoort, 1903 en Geertje, 1905) is vaak neerslachtig van toon.
Teirlinck, Herman (° 1879 - ✝ 1967)
Auteur van romans, poëzie en theater. Heeft zowel aan Van Nu en Straks, Vlaanderen als aan het Nieuw Vlaams Tijdschrift meegewerkt, waardoor hij als het ware een halve eeuw de literatuur en de geest van de Van Nu en Straks'ers heeft voortgezet. Samen met Van de Woestijne publiceerde hij in 1928 de brievenroman De leemen torens.
Titel - krant/tijdschrift