De Bom zal aan
Hoste een drukproef in viervoud vragen van de eerste 48 pagina's van
Henrik Ibsen en zijn werk, omdat hij die aan drie vrienden wilde voorleggen. Zie
brief 18. Een exemplaar was bestemd voor
Simons (zie
brief 21 en
brief 28 (noot 1)), een tweede voor
Vermeylen (zie
brief 26). Het derde exemplaar was misschien bestemd voor
Louis Franck, die toch het portret van Ibsen aan
de Bom had bezorgd (zie
brief 14, noot 1).