4 Feb[ruari] 90.
Waarde Heer,
Ik hoop eerlang met de bespreking van uw werk klaar te zijn.[1]
Hoogachtend
Em[manuel] K[arel] de Bom.
Annotations
[1] Voor Emmanuel de Boms laattijdige bespreking van het werk van Constant Jacob Hansen over Klaus Groth, zie brief 4, noot 1.