<Resultaat 1415 van 1419

>

Ik begin werkelijk te gelooven, dat Gij verstoord op me zijt. Van Vrije Kunst hebt gij waarsch[ijnlijk] geen nieuws.[2] — Doet gij niet mêe aan de M[aatschapp]ij tot bevordering[ der Nederlandsche Letterkunde]. — Waarom ruilt die goede Spectator,[3] die brave Spectator, die goddelike Spectator niet met Ons Tooneel. Dank, veel dank, voor al 't goede dat gij al van ons gezegd hebt.[4] Ook aan Florentijn,[5] die heeft erkend "dat we jong zijn in merg en been". Ik las dat op de bibliotheek. Maar 'k zou zoo graag de Spect[ator] lezen, als hij verschijnt, en niet een 3tal maanden nadien. Vandaag werk ik voor den Spectator,[6]
Uw Dr. Kwabbes[6] neen
Emm[anuel] de Bom

Annotations

[1] De datering van deze brief is gebaseerd op de gegevens die worden vermeld in [5] en [6].
[2] De Bom wil weten of Simon Warendorf Vrije kunst zou willen uitgeven en hoeveel hij daarvoor zou vragen. Zie brief 76.
[3] De Nederlandsche spectator, waarvan Boele van Hensbroek in 1890 hoofdredacteur was.
[4] In De Nederlandsche spectator van 27 september 1890, waarin op de frontpagina de eerste twee nummers van Ons Tooneel aan het Nederlandse publiek werden aangeprezen.
[5] Florentijn (pseudoniem van Willem Cornelis Capel was een medewerker van De Nederlandsche spectator. Overigens was het niet hij maar Flanor (pseudoniem van P.A.M. Boele van Hensbroek zelf) die in 'Vlugmaren' in De Nederlandsche spectator nr. 41 (11 oktober 1890, p. 344) Ons Tooneel "het nieuwe weekblad dat jong is in merg en been" noemde. Zie ook de 'Kroniek' in Ons Tooneel, jrg. I, nr. 10 (16 november 1890), p. 4.
[6] Waarschijnlijk zou De Bom werken aan 'Alice' (gedateerd november 1890), dat verscheen in De Nederlandsche spectator, nr. 47 (22 november 1890), p. 391–392. 'Alice' was De Boms eerste bijdrage aan De Nederlandsche spectator en meteen ook de enige in 1890. Zijn volgende bijdrage verscheen pas in augustus 1891. Voor meer gegevens over 'Alice', Zie brief 95, noot 7.
[13] Schuilnaam waaronder De Bom schreef in Ons Tooneel.

Register

Naam - persoon

Boele Van Hensbroek, Pieter Andreas Martin (° Den Haag, 1853-01-23 - ✝ Den Haag, 1912-09-26)

Boekhandelaar, uitgever en letterkundige.

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Warendorf, Simon (° Amsterdam, 1861-01-09 - ✝ Amsterdam, 1918-07-24)

Uitgever.

Trad vanaf 1887, na de dood van Tj.van Holkema, op als procuratiehouder van diens weduwe. Sinds 1891 heette de firma Van Holkema en Warendorf.

Titel - krant/tijdschrift

Nederlandsche Spectator, De (° 1856 - ✝ 1908)

Weekblad.

Ons Tooneel (° 1890 - ✝ 1891)

Antwerps weekblad onder redactie van L. Krinkels (hoofdopsteller), E. de Bom en A. Vermeylen. Bracht informatie over de toestand van het toneel in binnen- en buitenland. Naast de drie redacteurs leverden verder nog bijdragen: J. de Bom (onder pseudoniem Zors), J.T. Grein, Panurge (pseudoniem van A. Vermeylen?) en enkele onbekenden (misschien, de redacteurs zelf) die schreven onder de pseudoniemen Ariestark, R. Cavalier, Diecsar Sandor. Van het tijdschrift verschenen zeventien nummers.

Vrije Kunst

Tijdschrift dat in 1890 werd gepland doch nooit werd uitgegeven. Initiatiefnemer daartoe was P.van Assche. De redactie zou bestaan uit P.van Assche, E.de Bom en A.Vermeylen. De opname van P.de Mont werd in beraad gehouden. Ook C.Buysse en H.Langerock werden uitgenodigd om aan de redactie deel te nemen. Buysse aanvaardde en Langerock weigerde. Als leuzen werden voorgesteld: "Hoogmoedighlic!" en "Volg de vrije bane waarop de vrije geest U leidt!" (Poesjkin). Voor het drukken en uitgeven werd aan X.Havermans (later uitgever van Van Nu en Straks, 1ste reeks), A.Hoste en S.Warendorf (Ned.) gedacht. Het eerste nummer was gepland als dubbelnummer waarin bijdragen zouden voorkomen van A.Vermeylen, P.van Assche, E.de Bom, C.Buysse en H.Bossiers die eveneens deel zou uitmaken van de redactie. Het plan in bovenstaande vorm viel definitief in duigen, toen bleek dat P.van Assche tijdens de onderhandelingen i.v.m. Vrije kunst, zonder de medewerkers hierin te kennen, De vrije vlucht op touw had gezet. A.Vermeylen en E.de Bom werkten nochtans in stilte verder aan Vrije-kunst-plannen: einde 1890 stelden Vermeylen en De Bom een nieuw project op voor de wedergeboorte van Vrije kunst. Hieruit bleek hoe het geplande tijdschrift, hoewel grootser en ruimer opgevat, in het verlengde zou liggen van Jong Vlaanderen en reeds anticipeerde op het latere Van Nu en Straks.

Naam - instituut/vereniging

Maatschappij Tot Bevordering Der Nederlandsche Letterkunde (° 1890 - °)