Nevele 11 Juli 1891
Waarde Heer en Vriend
Ik hoop dat u reeds het handschrift van mijn roman,[1] dat ik u een paar weken geleden thuis bracht,[2] zult gelezen hebben en verzoek u zeer vriendelijk mij dit, aangeteekend, naar Nevele te willen terug sturen. Ik heb een uitgever gevonden in Gent[3] maar heb te vergeefs bij de redactie van de Nieuwe Gids aangedrongen om het afschrift dat ik daar gezonden had terug te bekomen.[4] Ik voorzie dat ik het niet meer zal krijgen,[5] ik bezit dus niets anders meer dan het origineel dat in uw handen berust. Zijt dus zoo goed mij dit ten spoedigste te zenden. Ik moet het opnieuw doen uitschrijven en zou er gaarne vlug mêe gedaan maken.
Een vriendelijke handdruk van uw
toegenegen
CBuysse
Annotations
[1] Het recht van den sterkste. Zie hierover o.m. brief 14, noot 3.