Pachécostraat 81
Brussel
< | Resultaat 231 van 1419 | > |
---|
Korlaar, Willem Van (° Den Haag, 1858-12-22 - ✝ Amsterdam, 1939-04-18)
Acteur en theaterdirecteur.
Was van 1890 tot 1895 met J.de Vos directeur van de Tivolischouwburg te Rotterdam, waar hij ijverde voor de vernieuwing van het Nederlands toneel. Van 1895 tot 1920 was hij directeur-gerant van de Koninklijke Vereniging Het Nederlandsch Tooneel. Beëindigde zijn loopbaan als administrateur van het Hofstad-Tooneel te Rotterdam.
Nederlandsch Tooneel, Het. Weekblad Voor Tooneelbelangen
Informatief weekblad dat los van elke politieke strekking theaterinformatie bracht, en te Antwerpen verscheen in de jaren 1888-1889 en 1891-1892.
De redactie berustte bij L. Krinkels die er o.m. zijn Brieven van Ad. Totter in publiceerde. De publikatie werd een jaar onderbroken, tijdens hetwelk L. Krinkels (hoofdredacteur) en E. de Bom en A. Vermeylen (redacteurs) Ons tooneel uitgaven. Het jaar daarop verscheen opnieuw een Het Nederlandsch tooneel (ditmaal Orgaan voor tooneelbelangen), waarvan de redactie niet bekend is maar dat qua inhoud en presentatie sterk bij de vorige toneelbladen aanleunt (1891-1892).
Nederlandsch Tooneel, Het. Weekblad Voor Tooneelbelangen
Informatief weekblad dat los van elke politieke strekking theaterinformatie bracht, en te Antwerpen verscheen in de jaren 1888-1889 en 1891-1892.
De redactie berustte bij L. Krinkels die er o.m. zijn Brieven van Ad. Totter in publiceerde. De publikatie werd een jaar onderbroken, tijdens hetwelk L. Krinkels (hoofdredacteur) en E. de Bom en A. Vermeylen (redacteurs) Ons tooneel uitgaven. Het jaar daarop verscheen opnieuw een Het Nederlandsch tooneel (ditmaal Orgaan voor tooneelbelangen), waarvan de redactie niet bekend is maar dat qua inhoud en presentatie sterk bij de vorige toneelbladen aanleunt (1891-1892).
Tivolischouwburg (rotterdam) (° 1890 - ✝ 1940)
Werd in oktober 1890 geopend en betrokken door het gezelschap J.C.de Vos en W.van Korlaar, dat in navolging van het Parij se Théâtre-Libre ook in Rotterdam een vernieuwing van het toneel nastreefde. Het bracht werk van minder bekende auteurs naast dat van Ibsen, Shakespeare, Multatuli, Nouhuys, Emants, Heyermans en Couperus. Na het afscheid van J.C.de Vos als directeur van het gezelschap in 1895 werd het repertoire lichter van genre. Vanaf 1903 werden in een bijzaal ook films vertoond. Het theater bleef bestaan tot 1940, toen het tijdens het bombardement van Rotterdam vernield werd.