<Resultaat 305 van 1419

>

Amice,
Eerlijk, ik heb [']t land er over dat ik je zoo schandelijk op eenig antwoord heb laten wachten. Maar -- ik heb allereerst zelf weer allerlei ziekelijkheden van ziel en lichaam meegemaakt, die maakten dat ik niet meer lust en kracht had om te doen wat niet dadelijk moest. En dan — wat gaf [']t al of ik al schreef, wanneer ik niet den weg kon aanwijzen, dien je me gevraagd hadt en die naar een positie moest leiden van f 2000, om hier te kunnen leven en je liefde te regelen! Nu heb ik je eerlijk niet vergeten; integendeel — maar al keek ik uit, ik vond er nog niets. Wel zijn er dingen aan het broeien, een verandering, die men maken wil, iets nieuws dat men op touw wil zetten, en als dat gebeurt dan word ik er in gekend[1] en kan je misschien een heelen stoot geven; maar dat alles sleurt en er komt geen voortgang in, zoodat ik telkens wachten bleef, denkend je eenig vooruitzicht te kunnen openen op een positie hier, als is 't dan niet dadelijk van f 2000. — Houd je hiérvan overtuigd, als ik wat voor je doen kan, dan doe ik het; aan mij zal het niet liggen. Maar ik kan onmogelijk dingen verhaasten, die in wording zijn, van andere menschen en verschillende omstandigheden afhangen, en misschien ten slotte niet gebeuren. Daarom ook vertel ik je geen bizonderheden, omdat je die toch uit de verte niet beoordeelen kunt en ze bovendien tot de geheimen van anderen behooren, die mij zijn toevertrouwd.
Intusschen blijf ik mijn raad herhalen, je hier bekend te maken door in Spectator en Gids te schrijven.[2] Mr Van Hall, secretaris der G[ids]-redactie heb ik onlangs over je gesproken; als je eens iets hebt wat niet te realistisch voor De [2] Gids is, zend [']t me dan en ik zal mijn best doen het geplaatst te krijgen:[3] 'n Vast correspondentschap van uit Antwerpen voor een van onze bladen zou je niets helpen, omdat je dan ook over politiek en zoo moet gaan schrijven. Maar eens 'n paar losse artikelen, schetsen, per brief, zie ik wel kans geplaatst te krijgen, zoo iets over tentoonstellingen of kijkjes uit het typige Antwerpsche leven. Ik doe dagelijks de ervaring op, dat ge om er te komen, de goeie porties te krijgen, je veel moet laten hooren, dan denken de menschen, dat je [']t mannetje bent en ze je noodig hebben. Als je hier dus wilt slagen is [']t in elk geval goed, mijn raad op te volgen.
De verschillende schetsjes heb ik gelezen.[4] Maar — mijn kennismaking met den schrijver de Bom dateert van je stukje in De Spectator[5] en daarbij heeft al het andere me onrijp geschenen. Er zit hier en daar wel humor en naieveteit van opmerking in, maar nergens stond je nog zoo vrij tegenover je stof als in dit laatste. Ook de roman v[an] den Does[6] steekt er tegen af voor mijn gevoel.
Dat je daar in Antwerpen 'n nare, ellendige, ongezellige positie hebt wil ik wèl gelooven! [']t Is vervelend werk en dan dat verlangen om je liefde te regelen. Toch ben je nog gelukkig bij mij vergeleken. Je geluk hangt nu alleen van 'n betere positie af en die te krijgen is 'n zaak van tijd, meer niet. Maar ik -- In een heel, heel wijd verschiet doemt een nevelbeeld van geluk voor me op. M'n eenige kracht put ik nu uit m'n werk! Ik stop er me tot over de ooren in, hoe meer hoe liever. Dat helpt vergeten, zooals opium of jenever. 'n Opwekkende gedachte, eerst te kunnen leven door niet te leven!
Maar laat ik je niet lastig vallen met jeremiades. 'n Hartelijke handdruk en bewijs me door 'n ietwat spoedig antwoord dat je m'n lang stilzwijgen niet verkeerd hebt uitgelegd — Heel hartelijk
L. Simons Mz

Annotations

[1] Simons maakte misschien een allusie op de plannen voor de oprichting van het dagblad De telegraaf, dat op 1 januari 1893 te Amsterdam verscheen. Simons zou hier geregeld aan meewerken.
[2] Leo Simons zetelde in de redactie van De gids.
[3] In de jaren '90 werd van De Bom niets aangetroffen in De gids.
[4] Waarschijnlijk was dit een overdruk van Emmanuel de Bom, 'Antwerpsche zeden. Vlugge schetsjes', in: Nederlandsche Dicht- en Kunsthalle (1889-1890), p. 20-30. Deze 'Antwerpsche zeden' omvatten een drietal schetsjes, nl. 'Een standje', 'Een "houwelijk" op 't stadhuis' en 'Weeral een legende die verdwijnt'.
[5] Emmanuel de Bom, 'Onmachtig', in: De Nederlandsche spectator, nr. 35 (29 aug. 1891), p. 278-281.
[6] Emmanuel de Bom, 'Een hoofdstuk uit den roman van den Does ? L.Tarara !', in: Nederlandsche Dicht- en Kunsthalle (1890-1891), p. 256-262.

Register

Naam - persoon

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Hall, Jacob Nicolaas Van

Amsterdam 15/01/1840 - Bilthoven 01/10/1918

Schrijver. Zie WP.

Simons, Leo Mz (° Den Haag, 1862-08-01 - ✝ Rotterdam, 1932-06-11)

Auteur, uitgever (Wereldbibliotheek) en Vondelkenner.

Titel - krant/tijdschrift

Gids, De (° 1837 - °)

Cultureel en sociaal tijdschrift.

Nederlandsche Dicht- En Kunsthalle (° 1878 - ✝ 1897)

Cultureel maandblad.

Nederlandsche Spectator, De (° 1856 - ✝ 1908)

Weekblad.

Telegraaf, De (° 1893 - °)

Nederlands ochtendblad.