<Resultaat 494 van 1419

>

Mane!
Maar enfin, wat doet-de dan? Ik hoor van u niets meer. Waar zijn de brieven van 12 bladzijden die 'k eertijds ontving? Ge verroest.
Ik hoop dat hieraan een einde komt. Wij gaan beiden weer in een weinig geestdrift & leven ademen. Want... HET is er![1]
10 nrs van 32 bladzijden, op bizonder getint Hollandsch Van Gelder papier, omslag in twee kleuren, formaat 22x27, 40 regels van 50 letters (lijk in de Gids), groot gedrukt, breede randen, versierde hoofdletters, titelblad, vignetten, culs-de-lampe ofte lampenaarzen, een buiten-text-plaat enz. enz. enz.
Alles inbegrepen (verzending, banden, enz.) zal dat niet meer dan 200 fr. kosten (onvoorziene kosten ruim geteld). Ik heb hier de prijzen van Buschmann, die ongelooflijk goedkoop is. (N.B. Spreek aan B[uschmann] van die zaak nìet: hij weet niet dat er spraak is van een Vlaamsch tijdschrift). Redactie: 1 & 2) Wij, 3) Van Langendonck & 4) VandeVelde. Is C[yriel] Buysse in Europa? Zou hij in de redactie werken? Hij moet ons in ieder geval veel kopij geven, reeds voor het eerste nr. Schrijf hem eens snel. Men verwacht heel veel van hem in Holland.[2]
Nu, spreek van die zaak heel weinig, eer het prospectus zal gedrukt zijn. Als medewerkers zullen we heel gering in getal zijn, en zoo moet het. Ge moet van nu af heel veel werken, voor de eerste nrs. Er moet veel kopij gereed liggen eer we beginnen. Daarna zullen we ieder 7 of 8 bladz. per maand moeten schrijven, wat [2] niet verschrikkelijk is.
Ik kan in een brief al de bijzonderheden niet nagaan, inhoud, enz. Binnen eenige dagen komt ge met V[an de] Velde naar Brussel om het kind te doopen & de laatste maatregelen te nemen, prospectus schrijven, enz. Daarna beginnen we langs alle kanten de propaganda, & we zenden ons eerste nr in de wereld alleen wanneer er 200 abonnenten zijn
Voor de muzikale critiek zullen we misschien Tinel hebben.
Wat zult gij hebben voor het eerste nr? Het zal zeer buitengewoon moeten zijn.
Zouden we bij Buschmann de lijst van de abonnés Vl[aamsche School] niet kunnen krijgen?
A propos, uw artikel van de Dichthalle is verdomd goed.[3] Ik heb het al gezegd, maar ik herhaal het omdat het me zoo een groot genoegen doet.
Van Langendonck werkt aan een aftakeling van Max Rooses, voor het September-nummer. Het is heel radicaal, schijnt het. Hij komt tot deze gevolgtrekking, dat Max heel ver beneden zijn literairen naam staat, en dat hij alleen "een goed leerling van rhetorica" zou wezen.[4]
Een kerel die in m'n botten is, dat is Alberdingk-Thijm, met zijn verslag van de driejaarlijkschen prijskamp der tooneelletterkunde.[5] Ik schrijf u hier eenige regels over. Men weet niet of men moet schaterlachen, of een schrikkelijken vloek braken. Die regels zijn een bron van zeer vreemd genot. Ge moet ze langzaam lezen, aangedaan met verbaasde bewondering, ieder woord als opsnuivend door de neusgaten. Hij spreekt van de zedelijkheid in de kunst:
"Elke handeling, die door het geweten des schrijvers, door den godsdienst van het land, van de gemeente of het gezelschap, waarvoor hij werkt, door de wet, door de politie als strafbaar wordt beschouwd, en door den tooneeldichter daarentegen aangeprezen, of althans verdedigd, in bescherming genomen, verontschuldigd of verschoond [3] wordt, kwetst de zedelijkheid en benadeelt de schoonheid van 't spel."[6]
Die aesthetische beschouwingen zijn nog onderteekend door Micheels, Mathot, de Potter &... E[manuel] Hiel.[7]
Hij is heel tevreden dat de jury geen spelen ontvangen heeft, "geschreven om bepaalde theorieën van socialistischen of onchristelijken aard te verdedigen".[8] Verder wordt er een woordje gerept van "de geniale hand" van Nestor De Tière.[9] En die opmerking: "De geest der spelen is in 't algemeen uitmuntend en eener christelijke maatschappij waardig".[10]
't Is toch schoon, de aanmoediging door den Staat! Na 't lezen van zulkdanige colossaliteiten verstaat men hoe de revoluties ontstaan!
— Wanneer zijt-de in Brussel?
Gust

Annotations

[1] Plan voor Van Nu en Straks. Vermeylen was op 2 augustus bij Van de Velde geweest om de zaak te bespreken. Zie brief 127, noot 2.
[2] Cyriel Buysse genoot enige bekendheid in Nederland. Hij publiceerde er o.a.: 'De Biezenstekker', in: De Nieuwe Gids, V, 5 (1 juni 1890), p. 186-212; 'Een Philippe', in: Nederland, dl. II (1891), p. 414-422; 'De Dood van Ieperen', in: Nederland, dl. III (1892), p. 430-461; 'Schrik', in: Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift, dl. IV (1892), p. 488-495. Dat hij tevens op goede voet stond met Willem Kloos merken we in hun wederzijdse briefwisseling uit 1890 en 1891 (b.v. brief 127 (1891), noot 3 (en excipit), en vooral brief 73 (1890), 3de paragraaf.
[3] Emmanuel de Bom, 'Literaire Kunst, zuster Bertha, door Aletrino. Amsterdam, W.Versluys', in: Nederlandsche Kunst- en Dichthalle, XV, 6de afl. (1 aug. 1892), p. 281-284.
[4] Er is niets in die zin gepubliceerd in de Nederlandsche Kunst- en Dichthalle uit 1892. De enige kritiek door Van Langendonck op Max Roosens is zijn 'Open brief aan den heer Max Rooses', voor de eerste maal verschenen in Het werk van Prosper van Langendonck, voor het Van Langendonckcomité (Maatschappij voor goede en goedkope lectuur, 1926), p. 178-183. Deze brief werd geschreven n.a.v.: Max Rooses, 'Hélène Swarth', in: De Gids, LVI, 4de r., X, 3 (juli-sept. 1892), p. 69-92. Hij eindigde met de woorden: 'Gij stafhouder der Zuid-Nederlandsche kritiek hebt uwe totale onbevoegdheid in het vak bewezen, door het miskennen van de waarde, door het bestrijden van de letterkundige faam ener dichteres, die gij thans, na al de anderen, de grootste noemt van Nederland. Men kan niet beter zelfmoord plegen. Aanvaard, Mijnheer, de verzekering mijner volkomen achting.'.
[5] Driejaarlijksche prijskamp der Nederlandsche tooneelletterkunde, ingesteld door het Staatsbestuur (XIIde tijdvak, 1889-91). Verslag door Dr. P[etrus] Alberdingk Thijm, secretaris-verslaggever der Jury', in: Verslagen en Mededelingen van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde, 3 (juni, juli, augustus 1892), p. 173-188.
[6] Zie [5]. P. 180.
[7] Ondertekend door: De Voorzitter, Emanuel Hiel; De Ondervoorzitter, Jan Jozef Matthijs Micheels; De Leden, Frans de Potter en Lodewijk Mathot; de Secretarisverslaggever, Dr. Petrus Alberdingk-Thijm. P. 188.
[8] Zie [5]. P. 181.
[9] Zie [5]. P. 186-188.
[10] Zie [5]. P. 185.

Register

Naam - persoon

Alberdingk Thijm, Petrus Paulus Maria (° Amsterdam, 1827-10-21 - ✝ Kessel-Lo, 1904-02-01)

Hoogleraar en publicist in letteren en geschiedenis.

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Buschmann Sr., Paul (° Antwerpen, 1816-01-01 - ✝ Antwerpen, 1909-11-20)

Drukker-uitgever.

Lid van de Liberale Vlaamsche Bond, waarvan hij afgevaardigde was in de Provincieraad. Nam van 1870 af samen met zijn broer Gustave de leiding waar van de drukkerij-uitgeverij van zijn vader J.-E. Buschmann († 1853). Gaf o.m. VS uit, dat hij na de dood van D.van Spilbeeck (1877) tot 1896 samen met P.de Mont ook leidde; ook de tweede reeks van Van Nu en Straks (1896 - 1901) nadat hij reeds in 1892 het prospectus voor de eerste reeks had gedrukt, werd door zijn persen verzorgd. Zijn uitgaven, vaak met bibliofiele waarde, bezorgden hem de faam op het einde van de 19de eeuw van Antwerpen een middelpunt van drukkunst te hebben gemaakt.

Buysse, Cyrillus Gustave Emile (° Nevele, 1859-09-20 - ✝ Afsnee, 1932-07-25)

Schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks.

Gehuwd met de Nederlandse Nelly Dyserinck op 01/10/1896.

Hiel, Emanuel (° Sint-Gillis-Dendermonde, 1834-05-31 - ✝ Schaarbeek, 1899-08-27)

Letterkundige.

Langendonck, Prosper Antoine Joseph Van (° Brussel, 1862-03-15 - ✝ Brussel, 1920-11-07)

Schrijver en ambtenaar. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Op 23/12/1899 gehuwd met Adèle Wouters.

Mathot, Lodewijk (° Antwerpen, 1830-08-26 - ✝ Antwerpen, 1895-07-05)

Schrijver.

Micheels, Jan Jozef Matthijs (° Maastricht, 1831-01-25 - ✝ Brussel, 1897-08-31)

Leraar en publicist.

Potter, Frans De (° Gent, 1834-01-04 - ✝ Gent, 1904-08-15)

Historicus, journalist en schrijver.

Rooses, Max (° Antwerpen, 1839-02-10 - ✝ Antwerpen, 1914-07-15)

Kunsthistoricus en criticus.

Vader van Rosa Rooses.

Swarth, (stéphanie) Hélène (° Amsterdam, 1359-10-25 - ✝ Velp, 1941-06-20)

Schrijfster.

Tiere, Nestor De (° Eine (thans Oudenaarde), 1856-08-06 - ✝ Vorst (Brussel), 1920-09-28)

Ambtenaar en schrijver.

Tinel, Edgar (° Sinaai, 1854-03-27 - ✝ Brussel, 1912-10-28)

Componist en muziekpedagoog.

Velde, Henry Clemens Van De (° Antwerpen, 1863-04-02 - ✝ Zürich, 1957-10-25)

Architect, schilder, sierkunstenaar en essayist. Medeoprichter van Van Nu en Straks. In 1894 gehuwd met Maria Sèthe.

Vermeylen, August. (° Brussel, 1872-05-12 - ✝ Ukkel, 1945-01-10)

Hoogleraar, kunsthistoricus en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Gabrielle Josephine Pauline Brouhon op 21/09/1897.

Titel - krant/tijdschrift

Elsevier's Geillustreerd Mandschrift

Gids, De (° 1837 - °)

Cultureel en sociaal tijdschrift.

Nederland (° 1849 - ✝ 1944)

Nederlands literair tijdschrift.

Tijdens de tweede wereldoorlog "gelijkgeschakeld" tijdschrift, onder redactie van o.m. Willem Haighton, broer van de fascist Alfred Haighton. Van 1849 tot 1853 had het blad de ondertitel "proza en poëzy van Nederlandsche auteurs", daarna "verzameling van oorspronkelijke bijdragen van Nederlandsche auteurs". Mr. M.G.L. van Loghem (pseudoniem: Fiore della Neve) was redacteur van 1887 tot 1920.

Nederlandsche Dicht- En Kunsthalle (° 1878 - ✝ 1897)

Cultureel maandblad.

Vlaamsche School, De (° 1855 - ✝ 1901)

Tijdschrift voor kunsten, wetenschappen, letteren, oudheidkunde en kunstnijverheid.

Titel - artikel

Bij KB van 10/07/1858 ingesteld ter bekroning van een nederlandstalig toneelwerk van een Belgisch auteur. De eerste prijs (tijdvak 1856 - 1858) werd toegekend aan H.van Peene. Die voor het twaalfde tijdvak (1889 - 1891) werd in 1892 aan N.de Tière toegekend, door een jury bestaande uit prof.P.Alberdingk-Thijm, E.Hiel, L.Mathot, J.Micheels en Fr.de Potter. Gedurende de eerste tien tijdvakken werden de toneelstukken beoordeeld door een keurraad van leden der Koninklijke Academie van Wetenschappen, Letteren en Schoone Kunsten; vanaf het elfde tijdvak door een jury van de Koninklijke Vlaamsche Academie.

Titel - evenement

Bij KB van 10/07/1858 ingesteld ter bekroning van een nederlandstalig toneelwerk van een Belgisch auteur. De eerste prijs (tijdvak 1856 - 1858) werd toegekend aan H.van Peene. Die voor het twaalfde tijdvak (1889 - 1891) werd in 1892 aan N.de Tière toegekend, door een jury bestaande uit prof.P.Alberdingk-Thijm, E.Hiel, L.Mathot, J.Micheels en Fr.de Potter. Gedurende de eerste tien tijdvakken werden de toneelstukken beoordeeld door een keurraad van leden der Koninklijke Academie van Wetenschappen, Letteren en Schoone Kunsten; vanaf het elfde tijdvak door een jury van de Koninklijke Vlaamsche Academie.