BRUXELLES (N[ORD)]
15 MARS 18[9]3 9-S
ANVERS
15 MARS 1893 11-S
dringend
Den Heer Emmanuël de Bom
Dahliastraat, 21
Antwerpen
Dahliastraat, 21
Antwerpen
Woensdag avond.
[1]
Dat is heel braaf van u, houwe, maar zend om Godswil géén uitnoodigingen aan een heeleboel menschen. Taalverbonders, M[ax] & P[ol],[2] enz. Zoo weinig volk mogelijk!
Ik vind het raar dat men mij nu verwittigt, & dat men dat nog moet overlaten aan uw initiatief. Str[adling] had me toch wat vroeger een woordje kunnen schrijven. Ge zult zien dat ik in die causerie zal blijven steken.[3]
Ander zaag: ik ben met vastenavond al te lyriek geweest, & heb geen geld genoeg meer om een schommeltrein naar Antwerpen te nemen! Ik kan hier absoluut niets losmaken. Wat gedaan?
Ander zaag: Het zult ge Zaterdag niet zien. Havermans is heel lui, & ik ben moe op zijn pooten te stampen: het helpt niet. Ik zal daarvan nog heelemaal zot worden.
Poot, houwe!
G[ust]
Annotations
[1] Woensdag 15 maart.
[3] Zie De Koophandel van Antwerpen, XXX, 76 (17 maart 1893), p. 3: "Kring voor Sociale Studies. — De hr. Gustave Vermeylen, van Brussel, zal zaterdag, 18 dezer, ten 8½ ure 's avonds, een voordracht geven in het lokaal Café des Templiers, hoek De Keyserlei en Anneessensstraat. — Onderwerp : Friedrich Nietsche, Duitsch wijsgeer." Het is niet zeker of deze aangekondigde voordracht wel degelijk heeft plaatsgevonden. Ook in de Journal des étudiants de l'Université de Bruxelles van 19 nov. 1892 (IV, 44, p. 2) en 26 april 1893 (V, 52, p. 2) wordt een lezing van Vermeylen in Antwerpen aangekondigd. Het zou echter om de lezing over Nietzsche kunnen gaan die werd uitgesteld en mogelijk afgelast. Het feit dat Vermeylen slechts op het laatste nippertje werd verwittigd en vreest in zijn "causerie [te] blijven steken" is een aanduiding in die richting. Zie ook brief 61.
