Woensdag middag. 27 Sept[ember] '93
Houwe,
Ge wist toch op voorhand dat de brief die
zij[1] u zou schrijven "navrant" zou zijn. Zij verliest in u een...
"goeien jongen" die, hoopte ze, haar nog veel dienst zou kunnen bewijzen. Zoudt ge nog gevoelig zijn aan
"sarcasmen & sentimenteele buien"?
Wat vraagt ge meer: ze stemt toe, maar wil dat daarna alles uit zij! Wees, in uw antwoord, noch sentimenteel, noch brutaal. Schrijf ferm & zonder strikjes wat ge te zeggen hebt (niet heel veel, geloof ik? vermits de zaak zoo goed draait). Brutaalheid is onnoodig. En de vrouwen, ziet ge, zijn dikwijls, zonder 't te weten, fijnere psychologen dan wij, & brutaalheid kan haar voorkomen als iets waarachter men zijne eigene droefheid om het verlorene verbergt.
Ik heb reeds bemerkt dat een vrouw u nooit loslaat, wanneer zij een brief van vier bladzijden schrijft om u te verzekeren dat ze 't doet. Maar wanneer zij u dat schrijft op een halve bladzijde, en alleen de koude gezonde rede laat spreken, dan mag men alle hoop van kant leggen.
Schrijf haar geen enkel woord dat onnoodig is!
Ik kom morgen om 2.4 u. Ik zal alleen
's avonds bij Smeding kunnen gaan.
[2]
Een plan voor studie
[3] kan ik u natuurlijk niet onmiddellijk opgeven. Het is een zeer moeilijke vraag, zooals ge zelf wel weet. Doch ik ga er over nadenken. Ik beloof u vast dat ik u de noodige inlichtingen zal geven. Het is voor mij geen embetant werk, ik zal er zelf bij leeren.