[G]EN[T] 10
GAND 10
5 IV [19]2[7] 17-18
Afz[ender]: "la Frondaie"
Zwijnaarde-Gent
Zwijnaarde-Gent
Aan den Heer
Emm. de Bom
hoofdbibliothecaris
van de
Stadsbibliotheek
te
Antwerpen
Emm. de Bom
hoofdbibliothecaris
van de
Stadsbibliotheek
te
Antwerpen
Gij zijt een toonbeeld van vriendschap en plichtbetrachting. In afwachting dat de druksels mij bereiken: hulde en dank! Ik ben zoowaar in staat u dat boek op te dragen.[2]
Intusschen zegt gij mij niets over het uitgeven ervan (denkt gij dat Simons zal willen? Kunt gij nog als Vlaamsch directeur tusschen beiden optreden? Ik smacht naar uwe raadgevingen!) Ik verwacht het beloofde autograaf.
En hierbij, onderteekend met similibloed,[3] de uitleeningskaart terug. Hartelijk van woonst te woonste,
Uw
Karel
Annotations
[1] Het is onzeker wie deze tweede datering met een stempel heeft toegevoegd: Van de Woestijne of De Bom.
[2] De brief van De Bom die hieraan voorafgaat, is niet bewaard. Op basis van deze en de vorige brief van Van de Woestijne (zie brief 403) kunnen we aannemen dat De Bom een kaart naar Van de Woestijne heeft gestuurd, waarmee hij alle exemplaren van de NRC-bijbladen kon opvragen, die hij nodig had om De schroeflijn samen te stellen. Van de Woestijne heeft dat boek aan niemand (en dus ook niet aan De Bom) opgedragen.
[3] De kaart is niet bewaard. De meest plausibele hypothese waarom Van de Woestijne het woord 'similibloed' gebruikt, is dat hij de kaart met rode inkt heeft ondertekend.
