122 Loampit Vale
Lewisham S.E.
20.7.92.
Amice Bom!
Ik moet zeggen dat je niet heel vriendelijk tegen je zelf bent.
Wat heeft die arme Bom je gedaan om er zooveel kwaad van te spreken. Ge zijt verdomd goed op weg om een misanthrope te worden.
Neen waarlijk ik begrijp je niet meer. Wie verdient er nu rammel[?] Wie spreekt er van ijdelheid der ijdelheden. Cynisme is ook nog zoo'n schoone zaak. Waarlijk ik geloof dat ik je werkelijk eens zal rammelen. Ik kom toch spoedig nog eens over. Cynisme is niet in de dingen maar in de personen, waarde vriend Bom!
Ik had een brief van 4 pages over dit onderwerp geschreven maar ik heb 't verscheurd; het was te schoolmeesterachtig... Gisteren heb ik nog aan je brief gedacht. en ziehier wat ik denk.
dat de heele filosofie v.h. leven bestaat in "werken". Bezig zijn is het red-middel. Het middel dat ik gebruik tegen elk gevaar
[.] De toekomst is het leven. Ik heb gefilosofeerd, gecontempleerd et j'en suis dégoûté maintenant. Hier j'ai eu een kennisgeving dat mijn vriend
Ekker gaat trouwen.
[1] Ik geloof niet dat gij dien wakkeren jongen nog gekend hebt. Groot, sterk schoon en zwart bijgenaamd somtijds le moustacheux. Een echte Hollander op en top met fransche sympathieën
[.] Hij is landschapschilder en zijn fiancée schildert ook. De verhouding tusschen ons zal nu wel een beetje veranderen. dat is altijd het geval na een huwelijk. De vrouw neemt dat alles in en de wereld krijgt niets meer. Concentratie van alles. De expansiviteit verdwijnt of wordt minder.
Gelukkige kerel die nu het toppunt heeft bereikt en alles bezit wat het
[2]
hart kan wenschen. Er is niets wat zoo gunstig werkt op de capaciteiten als het huwelijk. Men werkt dan met frisschen moed men is geheel mensch
[.] Ik benijd het geluk van degenen die in het huwelijksbootje stappen. Schrijf mij niet meer naar London waarde vriend want binnen een week ben ik hier opgerukt. waarschijnlijk ga ik naar Amsterdam.
[2] Ik ben 't hier beu. Er is niets dan het Vaderland. Daar voelt men zich thuis. Ik heb genoeg van dit saaie drooge gat
[.] Het is hier te laf. Wilt ge gelooven dat ik nog niet eens naar de Royal Academy geweest ben.
[3] Verleden jaar heb ik de expositie gezien en ik kan het mij zoo goed voorstellen. Ik ben sedert een paar weken wakker geworden.
Ik heb met ontzetting en walging de knutselarijtjes hier aanschouwd
[.] Ik ben ziek van 't lesgeven.
[4] en nu dat iedereen naar de Seaside gaat pak ik mijn biezen. Ik ben op 't oogenblik aan een portret bezig, dat moet eerst af. Ik heb twee portretten naar Amsterdam gezonden voor de 3 jaarlijksche.
[5] Mijn familie woont nu ook gedeeltelijk in Amsterdam en ik zal daar ook niet zoo godsluizig alleen zijn. Ik zweer bij de londensche schoorsteenen dat het nu de laatste keer is, dat ik verhuis. Dat verdomde gepak en gesjouw met kisten is vervelend. Ik gevoel mij 10 jaar verjongd door het idee spoedig op Hollandsch drassigen bodem te zitten
[.] Ik zal je mijn adres opgeven zoodra ik er een voor vast heb. Tot dan waarde vriend, schudt uw Morbidezza af.
[*] en laat het Cynisme varen of ik zal je cynisch onder je ribben puisten zoodra ik de zee over ben.
Ik druk je onsceptisch de hand
Fr[ans] Deutmann
Annotations
[1] Evert Ekker huwde in 1892 in Bergen op Zoom met de schilderes
Lucie van Dam van Isselt. Zie ook
brief 103, noot 8.
[2] Zie
Emmanuel de Bom, Aantekeningen 1 sept. 1892 (AMVC, B/708/H nr. 108861) De Bom noteerde daar het volgende adres:
Fr[an]s Deutmann
Gebouw N-E-W York
Leidsche Str.
Amsterdam
.
Zie ook
brief 10, noot 2.
[4] Van verblijf van
Deutmann in Engeland met een eventuele lesopdracht wordt niet gesproken in
Pieter A. Scheen, Lexicon Nederlandse Beeldende kunstenaars 1750-1950, dl. 1, 's Gravenhage (1969), p. 257.
[5] De driejaarlijkse tentoonstelling van schilderkunst in Amsterdam werd in de week van 11 sept. 1892 geopend in de nieuwe loods op de Pijpenmarkt. Zie
De Amsterdammer. Weekblad voor Nederland van 11 sept. 1892, p. 3.
[*] 'Morbidezza' (It.): Zwartgalligheid.