Zondag 4 December 92
Beste vriend.
Ik heb gister je brief ontvangen. Henri Borel wou een uitgebreid werk schrijven over de Chineesche kunst.[1] Dus, konden jelui bij elke aflevering van Van Nu en Straks een gedeelte van zijn copie afdrukken. Hij is er pas aan begonnen dus vooreerst zal ik je de copie nog niet kunnen zenden, misschien pas over een maand of 4; wellicht wel 5 maanden. Enfin hier over zal ik je nog wel nader schrijven.
Je hebt wel gelijk een photographie is wel niet heel artistiek maar zou daarop niets te vinden zijn met de reproductie. Bijvoorbeeld de photographie naar een stuk Chineesche Kunst overbrengen op zink, en dan laten bijten, bij wijze van zincographie.
Ik zou wel als je het goed vindt, illustraties kunnen maken bij zijn werk, bv. de draken en gedeelten van Chineesche tempels teekenen, natuurlijk op mijn manier, dat zou misschien wel interessant zijn. Alléén krijg je dan natuurlijk nooit de juiste indruk van Chineesche kunst zelve, maar méér de indruk, die het werk van Henri Borel op mij maakt, gegeven.
Wat de abonneerbare stof betreft[,] dat gaat hier goed, de circulaire heeft Blok, door de drukte met St. Nicolaas nog niet verzonden, en toch hebben we er al een kleine vijftig abonnees. En ik verzeker je[,] we zullen er nog wel méér krijgen[,] we colporteeren allemaal met kracht, Stellwagen in Leiden, Ik en nog een paar anderen hier in den Haag, terwijl Holst en Veth, zorgen voor de verspreiding in Amsterdam en in de provinciesteden. Blok zelf doet ook zijn best, iedereen die hij maar denkt vruchtbaar te zijn voor moderne lectuur, wordt aangetast en beabonneerd. En je weet Blok heeft de noodige spraakzaamheid, daarom geloof ik, nu hij de Sinterklaasdrukte achter de rug heeft, hij in den tijd van een oogenblik verscheiden abonnees heeft.
[2]
Ik ben hard aan het werk, maar ik schiet niet erg op met mijn schilderijen; ik hoop maar dat ik wat klaar krijg voor de Belgische exposities.[2] Ik heb nu weer een invitatie voor de Rose + Croix van 15 Maart tot 15 April, en nog een voor de Nederlandsche Etsclub van 15 Januarie tot 15 Februarie (wit en zwart tentoonstelling).[3] Jammer he dat al die tentoonstellingen zoo op den zelfden tijd zijn. Want ik heb nog niets klaar, dus wordt het zaak te werken.....
Nu amice, tot nader hooren van je. In alle gevallen in Januarie in Brussel.[4]
hartelijke groeten
H[anddruk]
J[ohan] Thorn Prikker.
Schrijf me hoe je over mijn illustraties denkt bij het werk, van Borel, denkt want ik moet me dan wat prepareeren.[5]
Saluu
J[ohan Thorn Prikker]
Annotations
[1] Van Henri Borel zijn enkel twee sonnetten opgenomen in Van Nu en Straks (Eerste Reeks, V, p. 21-22). Er verscheen in Van Nu en Straks geen bijdrage over Chinese kunst.
[2] Thorn Prikker nam o.m. deel aan het Salon des XX, dat liep van 18 februari tot 26 maart 1893 (zie L'art moderne, XIII, 10 (5 maart 1893), p. 76) en aan de tweede jaarlijkse tentoonstelling van de Association pour l'Art in Antwerpen, van 7 tot 27 mei 1893 (zie de Koophandel van Antwerpen, XXX, 116 (26 april 1893), p. 3, en de Koophandel van Antwerpen, XXX, 147 (27 mei 1893), p. 2)
[3] De tweede tentoonstelling ('geste esthétique') van La Rose + Croix (Rozen + Kruis des Tempels en des Graals) in het Palais des Champs de Mars in Parijs zou plaatsvinden van 1 tot 30 april 1893. De inzendingen ('des oeuvres idéalistes') werden verwacht tussen 10 en 20 maart. Zie L'art moderne van 1 januari 1893 (XIII, 1, p. 6) en de Oprechte Haarlemsche Courant van 21 december 1892, p. 2.
De zesde jaarlijkse tentoonstelling van de Nederlandsche Etsclub in 'Arti et Amicitiae' in Amsterdam liep van 19 februari tot en met 12 maart 1893, en was een wit en zwart-tentoonstelling in de ruimste zin: etsen, krijttekeningen, steendrukken, houtsneden, zincografieën enz. (naar het voorbeeld van Les XX, van wie de tentoonstelling een dag eerder opende. Naast werk van Nederlanders (Veth, Toorop, Derkinderen, Thorn Prikker, Bauer, Roland Holst, Bosch, Haverman, Witsen, Van Gogh, Dysselhof, Karsen, Van Looy, Breitner, Allebé, Zilcken, Van Rappard, Bastert, Wally Moes, Etha Fles, Schwartze, Kamerlingh Onnes, Van der Valk), werden ook Duitse, Franse en Engelse inzendingen getoond. Zie De Telegraaf van 1 februari (p. 2), 14 februari (p. 2), en 12 maart 1893 (p. 1). Zie ook De Amsterdammer van 5 (p. 3) en 19 februari (p. 3) en van 19 maart 1893 (p. 4).
[4] Vermeylen wilde bij het verschijnen van het eerste nummer, voorzien voor januari 1893, in Brussel een tentoonstelling met voordrachten organiseren. Zie J.M. Joosten, 'Henry van de Velde en Nederland 1892-1902. De Belgische Art Nouveau en de Nederlandse Nieuwe Kunst', in: Cahiers Henry van de Velde, 12-13 (1974), 6-46: 16-17.
